1.3 Amsterdam in de gouden eeuw

Vooraf
Voor het einde van de timer, zorg je dat je klaar bent voor de les (dus niet pas als de timer voorbij is....)


Lessonup

  • Gebruik je eigen naam (smiley/emoji mag)
  • Gebruik elke keer dezelfde naam!

timer
3:00
Rules!
  • We respecteren elkaar en elkaars spullen; we laten elkaar uitspreken en behandelen elkaar met respect.
  • Je komt goed voorbereid naar de les; materiaal goed voor elkaar, ingelezen, etc.
  • Eten, drinken of naar het toilet doen we zoveel mogelijk na de les of in de pauze
  • De telefoon blijft in de tas, broekzak (o.i.d) tenzij anders wordt aangegeven.
  • We gebruiken de laptop uitsluitend voor schooldoeleinden
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Vooraf
Voor het einde van de timer, zorg je dat je klaar bent voor de les (dus niet pas als de timer voorbij is....)


Lessonup

  • Gebruik je eigen naam (smiley/emoji mag)
  • Gebruik elke keer dezelfde naam!

timer
3:00
Rules!
  • We respecteren elkaar en elkaars spullen; we laten elkaar uitspreken en behandelen elkaar met respect.
  • Je komt goed voorbereid naar de les; materiaal goed voor elkaar, ingelezen, etc.
  • Eten, drinken of naar het toilet doen we zoveel mogelijk na de les of in de pauze
  • De telefoon blijft in de tas, broekzak (o.i.d) tenzij anders wordt aangegeven.
  • We gebruiken de laptop uitsluitend voor schooldoeleinden

Slide 1 - Diapositive

Plaats de onderstaande
bestuursorganen op de goede plek:
Stadhouder
Regenten
Staten-Generaal
Raadspensionaris

Slide 2 - Question de remorquage

Wat deed een stadhouder?
A
Politieke leider van de staten generaal
B
Bewaker van de steden
C
Leider van het leger in een provincie
D
Leider van het leger en de vloot

Slide 3 - Quiz

Wat deed een raadspensionaris?
A
Politieke leider van de staten generaal
B
Bewaker van de steden
C
Leider van het leger in een provincie
D
Leider van het leger en de vloot

Slide 4 - Quiz

Wat is een monopolie
A
Dat je zoveel mogelijk geld verdient aan de verkoop van een product
B
Dat alleen jij het recht hebt om te handelen in een bepaald gebied / of product
C
Dat je het recht hebt om andere mensen uit te schakelen om jouw handel te beschermen
D
Een bordspel waarbij je straten moet kopen en huisjes moet bouwen

Slide 5 - Quiz

2

Slide 6 - Vidéo

00:37
Wat vervoeren de mannen van de VOC
A
Slaven, wapens en suiker
B
Tabak, Thee en koffie
C
Peper, kruidnagel en nootmuskaat
D
Hout, teer en graan

Slide 7 - Quiz

00:43
Wat vervoeren de mannen van de WIC
A
Wapens, tabak en slaven
B
Suiker, zilver en edelstenen
C
Hout, graan en teer
D
Thee, koffie en suiker

Slide 8 - Quiz

Waarom zijn de routes van de WIC veel riskanter dan die van VOC?
A
De weg van de WIC is veel langer dan die van de VOC
B
De VOC was beter bewapend dan de WIC
C
Nederland heeft meer concurrenten langs de routes van de WIC
D
Mensen wilden liever bij de VOC dan bij de WIC

Slide 9 - Quiz

Groei steden
  • Alle goederen van de WIC en de VOC werden naar stapelmarkten gebracht

  • Vooral grote steden groeien erg snel omdat hier veel werkgelegenheid is.

Amsterdam:
1570: 16.000 inwoners
1670: 200.000 inwoners

  • In de steden wordt het verschil tussen arm en rijk steeds zichtbaarder. Langs de grachten ontstaan grote herenhuizen (grachtengordel).

Kortom niet voor iedereen een gouden eeuw...

Slide 10 - Diapositive

Wat voor type mensen kochten vooral de grote grachtenpanden in Amsterdam?
A
Mensen van adel
B
Handelaren
C
Buitenlandse investeerders
D
Groepen arbeiders die het samen kochten

Slide 11 - Quiz

Migranten
  • in de 17e eeuw emigreerden veel mensen naar de Republiek om te gaan werken in Amsterdam.

  • Pushfactoren (redenen om weg te gaan): armoede, oorlogsgeweld, geloofsvervolging.

  • Pullfactoren (redenen om ergens te vestigen): gewetensvrijheid, veiligheid, welvaart, werkgelegenheid

  • De republiek wilde graag graag migranten (vooral opgeleide arbeiders)

Slide 12 - Diapositive

1

Slide 13 - Vidéo

Ontwikkeling platteland
  •  Nederland moerasachtig gebied en veel overstromingen

  • Door de groei van de steden en vele migranten moest er meer voedsel komen, alleen het land was er niet

  • Droogmakerij

Slide 14 - Diapositive

Wat doe je als Nederlander als je land nodig hebt dat er niet is?
A
Je steelt het van de Duitsers
B
Je legt een deel uit de zee droog
C
Je werkt verder ondergronds
D
Je immigreert naar het Buitenland

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Vidéo

02:06
Welke reden geeft het filmpje voor de 'tolerantie' van de Republiek?
A
Economisch gewin voor de republiek
B
De republiek was voor geloofsvrijheid
C
De republiek bood veiligheid voor de migranten
D
Zo had de republiek macht over de andere landen

Slide 17 - Quiz

Homework
Lezen: 12-13

Slide 18 - Diapositive