Engels vooraf, Thema 3, Hoofdstuk 1

• Engels
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Hobby's en Uitgaan

Leerdoel

Aan het einde van de les ...

- heb ik kennisgemaakt met Engelse woorden over hobby's en uitgaan.

Leerdoelgericht werken: 

Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan

de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en

worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 

Welke sport of hobby doe jij?

Welke hobby's ken je allemaal in het Engels?

Wat is de juiste zin?

1. This boy is playing football
2. He is shopping
3. He is not playing football

Wat is de juiste zin

1. Hobby
2. park
3. remember

Wat is de juiste zin?

1. shopping
2. I don't know
3. city

Why is David sitting on the floor?

1. He is a little tired?
2. His dog jumped on him
3. He fell to the ground
4. He is lazy

Are you anjoying this beautiful Saterday?

1. I don't like weekends
2. I love weekends

Why did Mike go skateboarding?

1. Hij vond het zelf een leuk idee
2. Hij heeft een zus die het ook deed.
3. Zijn broer heeft hem erin meegenomen.
4. Hij vond het geen goed idee.

I did't like it at first, but now I enjoy it.
Vertaal dit in het Nederlands.

How often does Mike go skateboarding?

1. Every day
2. Once a week
3. Three times a week
4. Two times a week

Wat betekent 'cousins'?

1. broers
2. neven
3. neven en nichten
4. nichten

Or we play basketball in the backyards.
We have such a great time together.
What is: in the backyard?

1. speelveld
2. basketbalveld
3. voortuin
4. achtertuin

Or we play basketball in the backyards.
We have such a great time ...
Welk woord hoort op de ...?

1. Backyards
2. together
3. same
4. all

Soccer is such a beautiful game.
Wat is dit voor soort sport?

Wat vindt hij van voetbal?

1. It's a nice sport
2. I love soccer
3. It's one of the best games in the world.
4. I don't like soccer.

Wat is een landscapes?

1. Weideland
2. landschappen
3. uitzichten
4. Schelpen op de grond

hiking?

1. kleine wandeling maken
2. Wandelen met stokken
3. een lange wandeling maken
4. fietsen

Afsluiting

Welk cijfer zou je jezelf geven voor deze les?

In de slotfase van de les controleert de docent of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen de les, het proces en blikt vooruit.