H1 Krachten

1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Een kracht tekenen
Een kracht heeft een
- grootte
- richting en
- aangrijpingspunt.
Een grootheid met deze eigenschappen wordt een vector genoemd.

Slide 2 - Diapositive

Wat is een kracht?
F = Kracht [N]
m = massa [kg] 
a = versnelling[N/kg of m/s2]

Slide 3 - Diapositive

Soorten krachten
Zwaartekracht
Veerkracht
Spankracht
Spierkracht
Magnetische kracht
Elektrische kracht

Slide 4 - Diapositive

Magnetische kracht

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

normaal kracht

normaalkracht maakt evenwicht met de zwaartekracht

Slide 7 - Diapositive

Touwtrekken. Wie wint?

Slide 8 - Diapositive

Nettokracht
Bij de vorige afbeelding wint de linkerpartij. Zij hebben meer kracht dan de partij aan de rechterkant.
De nettokracht ( Fnetto) is hier:
Fnetto = 1100 - 800 = 300N naar links

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Wat is de nettokracht in de vorige situatie?
A
50 N
B
100 N
C
0 N
D
- 50 N

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Wat is de nettokracht in de vorige situatie?
A
80 N
B
30 N
C
20 N
D
-20 N

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Diapositive

Nettokracht
In dit plaatje werken de krachten dezelfde kant op.
Nu is de nettokracht:
Fnetto=70 + 50 = 120 N

Slide 16 - Diapositive

Nettokracht

De nettokracht van twee krachten kun je vinden door:

  • tegengesteld gerichte krachten van elkaar af te trekken
  • gelijkgerichte krachten bij elkaar op te tellen.

Slide 17 - Diapositive

Nettokracht

Slide 18 - Diapositive

Even oefenen

Slide 19 - Diapositive

Wat is de nettokracht in de vorige situatie?
A
31 N
B
105 N
C
101 N
D
35 N

Slide 20 - Quiz

Hugo duwt tegen een klapdeur met 180 N.
Els en Lies proberen de deur tegen te houden. Ze duwen beide met 95 N.
Wie is sterker?

Slide 21 - Diapositive

Wat is de nettokracht in de vorige situatie? En wie is sterker?
A
Fnetto = 0 N
B
Fnetto = 10 N voor Hugo
C
Fnetto = 30 N voor Els en Lies
D
Fnetto = 10 N voor Lies en Els

Slide 22 - Quiz

Kracht

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Wat is de nettokracht in de vorige situatie?
A
80N naar rechts
B
50 N naar recht
C
30 N naar rechts
D
20 N naar links

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Diapositive