H3 - Herhaling 1

Herhaling
Interbellum
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmboLeerjaar 4

Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon

Herhaling
Interbellum

Slide 1 - Diapositive

Doel
Ik bereid me voor op het schoolexamen Interbellum (28 november)

Doen
- Terugblik
- (af)maken §3.1, 3.2, 3.3, 3.4
-  Keuzeopdrachten
Lesdoel

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

In 1918 begon het interbellum: de tijd tussen de twee wereldoorlogen in.
In 1919 werd Duitsland een parlementaire democratie: de Republiek van Weimar.
De regering tekende het Verdrag van Versailles: veel Duitsers waren ontevreden. Ze geloofden dat de nieuwe regering hen had verraden: de dolkstootlegende

De regering drukte veel geld bij toen de Fransen het Ruhrgebied bezetten: er ontstond enorme inflatie
Door het Dawesplan kwam Duitsland er weer een beetje bovenop

In 1929 ontstond een economische crisis in de VS na de beurskrach: enorme armoede en werkloosheid was het gevolg.
Vooral in Duitsland kwam de crisis hard aan
HERHALING

Slide 4 - Diapositive

In Duitsland kwam het nationaalsocialisme op. De partij van Hitler heette de Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij (NSDAP). 
De Nazi’s waren antisemitisch, nationalistisch, militaristisch en geloofden in de rassenleer.
Ze kregen steeds meer aanhang en Hitler kwam in 1933 aan de macht.

Hitler maakte van Duitsland een totalitaire staat:
- Er kwam een dictatuur, Führerprincipe: persoonsverheerlijking
- Er was sprake van gelijkschakeling en indoctrinatie, onder andere door de jeugdbewegingen (Hitlerjugend en de Bund Deutscher Mädel)
Er was sprake van terreur door de Gestapo, de SS en de SA



HERHALING

Slide 5 - Diapositive

Hitler hield zich niet aan het Verdrag van Versailles.
Het leger werd groter en herbewapend.
Er werden wegen en vliegvelden aangelegd: dat zorgde voor veel werk.
 
Vanaf 1938 hoort Oostenrijk bij Duitsland: de Anschluss.
Hitler wil steeds meer gebieden innemen, zoals het Sudetenland.

Tijdens de Conferentie van München beloofd Hitler na Sudetenland niks meer in te pikken en de vrede te bewaren.

Frankrijk en Engeland gaven Hitler zijn zin door de appeasement-politiek.
Maar Hitler wil nog meer grondgebied voor zijn lebensraum.

HERHALING

Slide 6 - Diapositive

In Italië ontstaat het fascisme. Hitler heeft daar veel van afgekeken.

De regering van Colijn in Nederland pakt de crisis aan met de aanpassingspolitiek: bezuinigen. Dit werkt niet goed.

Werklozen moeten uren in de rij staan voor een stempel (om steun te krijgen).

Er is veel ontevredenheid en er ontstaan nieuwe partijen,
zoals de Nationaalsocialistische Beweging (NSB)

HERHALING

Slide 7 - Diapositive

De periode dat de Sovjet-Unie werd geleid door Stalin, heet het stalinisme.

Stalin voerde een planeconomie in met vijfjarenplannen waarin precies stond 
wat en hoeveel geproduceerd moest worden in 5 jaar

Ook kwam er collectivisatie: kleine boerderijen werden samengevoegd 
tot enorme staatsboerderijen. Het was geen succes.

Onder Stalin ontstond een totalitaire staat met een 
dictatuur, persoonsverheerlijking, indoctrinatie en terreur

HERHALING

Slide 8 - Diapositive

De Grote Terreur is een periode met strafkampen en showprocessen
waarin tegenstanders van Stalin uit de weg geruimd werden.

Stalin wantrouwde Frankrijk en Engeland. Maar Hitler was zijn grootste vijand.

Daarom was de wereld verbaasd toen er een niet-aanvalsverdrag werd gesloten tussen de twee. In het geheim werd Polen verdeeld tussen de SU en Duitsland.

HERHALING

Slide 9 - Diapositive

Aan de slag!
(af)maken §3.1 t/m 3.4

Keuze:
* Oefenen eindexamensite.nl
  - staatsinrichting
  - eerste wereldoorlog
  - interbellum 
* Herhalen in memo 

Slide 10 - Diapositive