Catheterisatie van de blaas

Catheterisatie van de blaas
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
VerpleegkundeBeroepsopleiding

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Catheterisatie van de blaas

Slide 1 - Diapositive

Doelstellingen
De deelnemers oriënteren zich op het onderwerp "katheteriseren" aan de hand van een voorkennistoets
De deelnemers zijn na afloop van de training in staat om volgens de geldende protocollen een katheterisatie uit te voeren

Slide 2 - Diapositive

Wat is de meest voorkomende indicatie voor blaaskatheterisatie?
A
Urineretentie
B
Urineweginfectie
C
Urine-incontinentie
D
Urine-incontinentie bij mannen

Slide 3 - Quiz

Welke techniek van blaaskatheterisatie wordt meestal gebruikt bij mannelijke patiënten?
A
Transurethrale katheterisatie
B
Suprapubische katheterisatie
C
Nefrostomiekatheter
D
Permanente katheterisatie

Slide 4 - Quiz

Welke maat katheter wordt meestal gebruikt bij vrouwelijke patiënten?
A
14 Ch
B
16 Ch
C
18 Ch
D
20 Ch

Slide 5 - Quiz

Bij het inbrengen van een katheter moet je letten op:
A
Juiste maat van de katheter
B
Steriliteit van de katheter
C
Het gebruik van voldoende glijmiddel
D
Alle bovenstaande antwoorden zijn correct

Slide 6 - Quiz

Hoeveel centimeter moet je de katheter inbrengen bij een man?
A
5-10 centimeter
B
15-20 centimeter
C
25-30 centimeter
D
35-40 centimeter

Slide 7 - Quiz

Welke complicatie kan optreden bij blaaskatheterisatie?
A
Urosepsis
B
Nierfalen
C
Acute pyelonefritis
D
Alle bovenstaande complicaties

Slide 8 - Quiz

Wat is het doel van het gebruik van een suprapubische katheter?
A
Minder invasief dan een urethrale katheter
B
Het vermijdt schade aan de urethra
C
Makkelijker te verwijderen
D
Minder risicovol

Slide 9 - Quiz

Wat is de beste manier om urineopvangzakken aan te sluiten?
A
Op het bedframe van de patiënt
B
Aan de zijde van het bed van de patiënt
C
Aan de vloer naast het bed van de patiënt
D
Aan de muur achter het bed van de patiënt

Slide 10 - Quiz

Wat moet je doen als er geen urine stroomt na het inbrengen van een blaaskatheter?
A
Verwijder de katheter en probeer opnieuw
B
Probeer de katheter voorzichtig te draaien
C
Controleer de ballon van de katheter
D
Wacht even en controleer de positie van de katheter

Slide 11 - Quiz

Wat moet je doen als de patiënt klaagt over pijn tijdens de katheterisatie?
A
Stop met katheteriseren en laat de patiënt rusten
B
Probeer de katheter voorzichtig een beetje te draaien
C
Geef de patiënt een pijnstiller
D
Alle bovenstaande antwoorden zijn correct

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Vidéo

Slide 14 - Vidéo