3.6 + 3.7: Grafiek en woordformule + Formules met letters

H3 Assenstelsels en Grafieken
Mr. Fintelman (FNL)
maandag 6 februari
2023

1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

H3 Assenstelsels en Grafieken
Mr. Fintelman (FNL)
maandag 6 februari
2023

Slide 1 - Diapositive

Datum
maandag 6 februari 2023
Paragraaf
§3.6 Grafiek en woordformule
Bladzijdes uit handboek
Blz. 152-157
Onderwerp
Woordformules bij grafieken
Vandaag de dag...

Slide 2 - Diapositive

Ik kan al…  
  1. … vermenigvuldigen met negatieve getallen.
  2. … delen met negatieve getallen.
  3. … de rekenvolgorde gebruiken met negatieve getallen.
  4. … een wiskundige tekst duidelijk begrijpen.

Voorkennis

Slide 3 - Diapositive

Quizizz

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Lien

Na deze les kan ik …
  1. … een tabel invullen met een gegeven woordformule.
  2. … een grafiek tekenen met een gegeven woordformule.
  3. … onderscheidt maken tussen stijgen en dalen.
  4. … een gevraagd aantal berekenen met een woordformule.
Doelen

Slide 6 - Diapositive

Vorige week...

Slide 7 - Diapositive

Maak kennis met formules

Slide 8 - Diapositive

Herken de verschillen
Tabel
Grafiek
Formule

Slide 9 - Diapositive

Een waarde berekenen
Jos heeft twee uur gewandeld.
Hoeveel km heeft hij afgelegd?

Slide 10 - Diapositive

Een waarde berekenen
Jos heeft twee uur gewandeld.
Hoeveel km heeft hij afgelegd?


afstand in km                     
afstand in km
afstand in km
=1552
=1510
=5

Slide 11 - Diapositive

Een formule ontleden
Probeer deze vragen binnen 30 sec. te bantwoorden:
  • Hoeveel euro is het vaste bedrag?
  • Hoeveel euro wordt er per uur verdient?
timer
0:30

Slide 12 - Diapositive

Hoeveel geld is er na 2 uur verdient?

Slide 13 - Question ouverte

Werktijd
Je werkt netjes door …
  • Eerst de theorie (opnieuw) te lezen, voordat je een vraagt stelt.
  • Een vinger op te steken voor je een vraag stelt.
  • Is de docent bezig? Onthoudt de vraag en werk verder.
MAVO-Route:
Bladzijde: 152 t/m 157. 
Opgaven: 63, 69, 70.
PLUS-Route:
Bladzijde: 152 t/m 157. 
Opgaven: 63, 69, 70, 72.
Opgaven uit de planning van WEEK 4:
HULP-Route:
Bladzijde: 152 t/m 157. 
Opgaven: 63, 66, 67, 68, 70.

Slide 14 - Diapositive

Nu kan ik …
  1. … een tabel invullen met een gegeven woordformule.
  2. … een grafiek tekenen met een gegeven woordformule.
  3. … onderscheidt maken tussen stijgen en dalen.
  4. … een gevraagd aantal berekenen met een woordformule.
Terugblik

Slide 15 - Diapositive

Datum
maandag 6 februari 2023
Paragraaf
§3.7 Formules
Bladzijdes uit handboek
Blz. 158-159
Onderwerp
Formules
Vandaag de dag...

Slide 16 - Diapositive

Ik kan al…  
  1. … een tabel invullen met een gegeven woordformule.
  2. … een grafiek tekenen met een gegeven woordformule.
  3. … onderscheidt maken tussen stijgen en dalen.
  4. … een gevraagd aantal berekenen met een woordformule.

Voorkennis

Slide 17 - Diapositive

Aantal opgaven
Formule naar tabel
tijd in uren
0
1
2
3
4
5
bedrag in euro's

Slide 18 - Diapositive

Na deze les kan ik …
  1. … een letterformule maken.
  2. … een woord aan een letter koppelen.
Doelen

Slide 19 - Diapositive

Post-it-spel
Uitleg:
Je gaat straks berekeningen op een post-it schrijven.
Hiermee verdien je punten. De Top 5 krijgt morgen iets lekkers + een prijs.
Als je post-it vol is, plak je deze op
de hoek van de tafel.
De docent draait aan een rad om de
waarden te geven.

Slide 20 - Diapositive

Post-it-spel
Regels:
  1. De formule staat volledig op de post-it.
  2. De berekening staat volledig op de post-it.
  3. Je schrijft leesbaar. 
  4. Je werkt in stilte.
  5. Je gebruikt geen rekenmachine.

Slide 21 - Diapositive

Post-it-spel
Punten:
  • Het overnemen van de formule is 10 punten.
  • Het schrijven van een berekening is 5 punten.
  • Het schrijven van een juist antwoord is 1 punt.

Slide 22 - Diapositive

Post-it-spel

Slide 23 - Diapositive

Na deze les kan ik …
  1. … een letterformule maken.
  2. … een woord aan een letter koppelen.
Doelen

Slide 24 - Diapositive

Afkorten van woordformules

Slide 25 - Diapositive

Afkorten van woordformules

Slide 26 - Diapositive

Afkorten van woordformules

Slide 27 - Diapositive

Afkorten van woordformules


Waarom geen keerteken???

Slide 28 - Diapositive

Werktijd
Je werkt netjes door …
  • Eerst de theorie (opnieuw) te lezen, voordat je een vraagt stelt.
  • Een vinger op te steken voor je een vraag stelt.
  • Is de docent bezig? Onthoudt de vraag en werk verder.
MAVO-Route:
Bladzijde: 152 t/m 157. 
Opgaven: 63, 69, 70, 74, 75.
PLUS-Route:
Bladzijde: 152 t/m 157. 
Opgaven: 63, 69, 70, 72, 75, 77.
Opgaven uit de planning van WEEK 4:
HULP-Route:
Bladzijde: 152 t/m 157. 
Opgaven: 63, 66, 67, 68, 70, 74, 75.

Slide 29 - Diapositive

Nu kan ik …
  1. … letterformules maken uit woordformules.
Terugblik

Slide 30 - Diapositive

Datum
dinsdag 7 februari 2023
Paragraaf
§3.7 Formules met letters
Bladzijdes uit handboek
Blz. 160-161
Onderwerp
Letterrekenen
Vandaag de dag...

Slide 31 - Diapositive

Ik kan al…  
  1. … letterformules maken uit woordformules.

Voorkennis

Slide 32 - Diapositive

Aantal opgaven
Maak van de woordformules een letterformule.
Doe dit in je schrift.
Afstand in km              tijd in uren
Bedrag in euro's                    aantal kaarten
Aantal insecten                   oppervlakte in m²
=60
=4+2
=1250

Slide 33 - Diapositive

Na deze les kan ik …
  1. … een gegeven waarde invullen voor een letter.
Doelen

Slide 34 - Diapositive

We hebben het nu gehad over...
Om twee kaarten te kopen, betaal je...

Bedrag in euro's                    aantal kaarten
Bedrag in euro's 
Bedrag in euro's
Bedrag in euro's 
Bedrag in euro's 

=4+2
=4+2k
=4+22
=4+4
=8

Slide 35 - Diapositive

Je kunt ook vragen als deze maken!
Gegeven is             .   Bereken.



a+7=
2a+3=
a=5

Slide 36 - Diapositive

Nu iets lastiger...
Gegeven is             . Bereken.



d=2
28:(4+d5)=

Slide 37 - Diapositive

Werktijd
Je werkt netjes door …
  • Eerst de theorie (opnieuw) te lezen, voordat je een vraagt stelt.
  • Een vinger op te steken voor je een vraag stelt.
  • Is de docent bezig? Onthoudt de vraag en werk verder.
MAVO-Route:
Bladzijde: 152 t/m 157. 
Opgaven: 63, 69, 70, 74, 75, 79, 80.
PLUS-Route:
Bladzijde: 152 t/m 157. 
Opgaven: 63, 69, 70, 72, 75, 77, 79, 80.
Opgaven uit de planning van WEEK 4:
HULP-Route:
Bladzijde: 152 t/m 157. 
Opgaven: 63, 66, 67, 68, 70, 74, 75, 78, 79.

Slide 38 - Diapositive

Nu kan ik …
  1. … een gegeven waarde invullen voor een letter.
Terugblik

Slide 39 - Diapositive