onderzoekend vermogen 4-1

1 / 17
suivant
Slide 1: Vidéo
CommunicatieHBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

Vandaag
doel : 
je kan de opbouw van een wetenschappelijk artikel herkennen
je kan de begrippen betrouwbaarheid en validiteit toepassen

Slide 2 - Diapositive

Wat is de juiste volgorde van het EBP proces?
Van probleem naar vraag

Efficiënt zoeken naar het beste bewijsmateriaal

Beoordelen van gevonden bewijs op methodologische kwaliteit en toepasbaarheid


Het toepassen van het gevonden resultaat in de praktijk

Regelmatige evaluatie van proces en resultaat

Slide 3 - Question de remorquage

onderdelen onderzoeksartikel

Slide 4 - Carte mentale

Waar staat de centrale vraag in een onderzoek?
A
voor de discussie
B
voor het voorwoord
C
voor de aanleiding
D
voor de probleemanalyse

Slide 5 - Quiz

Wat staat er in de conclusie?
A
het antwoord op de deelvragen
B
het antwoord op het literatuuronderzoek
C
het antwoord op de centrale vraag
D
het antwoord op het praktijkonderzoek

Slide 6 - Quiz

De aanleiding en de probleemanalyse hebben ongeveer dezelfde inhoud
JA
NEE

Slide 7 - Sondage

meetinstrumenten
validiteit

Slide 8 - Carte mentale

Foutbronnen verzamelen data
betrouwbaarheid

Slide 9 - Carte mentale

Slide 10 - Lien

welke uitspraak is juist
A
een invalide meting kan betrouwbaar zijn
B
een onbetrouwbare meting kan valide zijn
C
een betrouwbare meting is valide
D
een onbetrouwbare meting is invalide

Slide 11 - Quiz

een betrouwbare meting hoeft niet valide te
ja
nee

Slide 12 - Sondage

externe validiteit betekent dat je het onderzoek ergens anders nog een keer kan uitvoeren
neeja
nee

Slide 13 - Sondage

https://www.youtube.com/watch?v=KyhMm_pk3uc

Slide 14 - Diapositive

Wat betekent het begrip consistentie?
A
Bij herhaling zijn de metingen vergelijkbaar
B
Bij herhaling signaleer je foute metingen
C
Bij herhaling zijn de metingen veranderd
D
Bij herhaling signaleer je nieuwe metingen

Slide 15 - Quiz

Hoe meer items per variabele hoe betrouwbaarder
JA
NEE

Slide 16 - Sondage

Confounding bij dataverzameling betekent
A
toeval
B
systematisch
C
verstoring
D
beoordeling

Slide 17 - Quiz