Letterkennis

Letters oefenen
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2NederlandsBasisschoolGroep 3

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Letters oefenen

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Schrijf 2 woorden op met de letter ie.

Slide 3 - Carte mentale


Welke woorden beginnen met r?
A
rups
B
nar
C
kar
D
reus

Slide 4 - Quiz

Sleep de woorden naar het juiste vak.
sch
ei
au
ou
zeil
geit
school
blauw
oud
schuin
lauw
wei
stout
gauw
schat
goud
schuur
kous
kauw
schip
zout
auto
kei
kou

Slide 5 - Question de remorquage


Schrijf hieronder 1 woord met de letter l.
Schrijf hieronder 1 woord met de letter z.
Schrijf hieronder 1woord met de letter u.

Slide 6 - Question ouverte

Schrijf 2 woorden op met de letter oo.

Slide 7 - Carte mentale


Welke woorden eindigen op p?
A
pop
B
plas
C
spat
D
top

Slide 8 - Quiz

Sleep de woorden naar het juiste vak.
s
d
a
o
mol
dief
gas
reus
sip
kat
tas
soep
deuk
tak
dier
hok
duik
rot
saar
zat
dijk
los
sop
huis

Slide 9 - Question de remorquage


Schrijf hieronder 1 woord met de letter b.
Schrijf hieronder 1 woord met de letter f.
Schrijf hieronder 1 woord met de letter h.

Slide 10 - Question ouverte

Schrijf 3 woorden op met de letter i.

Slide 11 - Carte mentale


Welke woorden eindigen op t?
A
tas
B
rits
C
plat
D
pet

Slide 12 - Quiz

Sleep de woorden naar het juiste vak.
eu
ui
oe
ij
wijs
uil
boek
reus
neus
zoek
ijs
boer
deuk
bij
luis
koek
duik
leuk
pijl
beuk
dijk
ruik
moe
huis

Slide 13 - Question de remorquage


Schrijf hieronder 1 woord met de letter aa.
Schrijf hieronder 1 woord met de letter ee.
Schrijf hieronder 1 woord met de letter uu.

Slide 14 - Question ouverte

Schrijf 2 woorden op met de letter m.

Slide 15 - Carte mentale


Welke woorden beginnen met k?
A
klap
B
tak
C
kast
D
pikt

Slide 16 - Quiz

Schrijf 5 woorden op die je kent

Slide 17 - Carte mentale


Ik ken al veel letters.
A
B

Slide 18 - Quiz