Klimaten in Afrika

Natuurlandschappen en klimaat
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Natuurlandschappen en klimaat

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
'Uitleg' klimaat algemeen/Afrika - klassikaal


Slide 2 - Diapositive

Weer
Klimaat

Slide 3 - Diapositive

Wat hoort bij weer en wat bij klimaat? Sleep het naar de juiste plek. 
Klimaat
Weer
Gemeten over 30 jaar
kan elk moment veranderen
een groot gebied
een klein gebied

Slide 4 - Question de remorquage

Sleep de woorden naar het juiste begrip. Welke woorden horen er bij het weer? En welke horen er bij het klimaat? 
Weer
Klimaat
De toestand van de atmosfeer op een bepaald moment en op een bepaalde plaats.
Het gemiddelde weer in een gebied, berekend over een periode van dertig jaar.
Hagel, sneeuw, regen = neerslag
Een blauwe lucht en een zonnetje
Gemiddeld het hele jaar nooit kouder dan 18 graden
Neerslag in alle seizoenen

Slide 5 - Question de remorquage

Sleep de namen van de 8 klimaten naar de juiste plek:
Tropisch regenwoudklimaat
Gematigd zeeklimaat
Toendraklimaat
Savanneklimaat
Poolklimaat
Steppeklimaat
Woestijnklimaat
Landklimaat

Slide 6 - Question de remorquage

Hoge breedte betekend...
A
dichtbij de evenaar
B
ten noorden van de evenaar
C
ver van de evenaar
D
ten zuiden van de evenaar

Slide 7 - Quiz

Waar is het warmer?
A
Hoge breedte
B
Lage breedte

Slide 8 - Quiz

Het is warm rond de evenaar omdat:
A
Er veel warme lucht die kant op komt
B
De zonnestralen recht op de evenaar vallen
C
De zonnestralen schuin op de evenaar vallen
D
Zonnestralen daar een groot oppervlak verwarmen

Slide 9 - Quiz

De zonnestralen bij de evenaar verwarmen een ... oppervlak.
A
groter
B
kleiner
C
evengroot

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Vidéo

De zonnestralen bij de evenaar moeten door een ... stuk atmosfeer.
A
Langer
B
Korter
C
Hetzelfde

Slide 12 - Quiz

Leg uit waarom het zoveel regent op de evenaar (zo precies mogelijk!)

Slide 13 - Question ouverte

Hoe noemen we neerslag die bij de evenaar voorkomt?
A
stuwingsregen
B
frontale regen
C
sneeuw
D
stijgingsregen

Slide 14 - Quiz

Sleep de landschappen naar de goede plek.
Welk landschap?
Welk landschap?
Welk landschap?
Welk landschap?
Tropisch regenwoud
Woestijn
Savanne
Steppe

Slide 15 - Question de remorquage

Landschappen die vooral voorkomen op lage breedte:
Landschappen die vooral voorkomen op hoge breedte:
Taiga
Woestijn
Steppe
Loofbos
Land - en zee-ijs
Savanne
Toendra
Tropisch regenwoud

Slide 16 - Question de remorquage

Sleep de juiste woorden op de juiste plek in de afbeelding.  Welk woord hoort waar?
--------
--------
--------
--------
Tropisch regenwoud
Savanne
Steppe
Woestijn

Slide 17 - Question de remorquage

Slide 18 - Vidéo

Klimaatsysteem van Köppen
Klimaatsysteem van köppen

Slide 19 - Diapositive

Vragen klimaatsysteem van Köppen?

Slide 20 - Question ouverte

Wat is het kenmerk van een BS-klimaat?
A
Altijd warm
B
0-250 mm neerslag
C
250-500 mm neerslag
D
Droge tijd in de zomer

Slide 21 - Quiz

Wat is een kenmerk van een landklimaat?
A
Koele zomers
B
In de winter tussen -3°C en +18°C
C
In de winter kouder dan -3°C
D
Altijd kouder dan 10°C

Slide 22 - Quiz

Welk klimaat hoort bij EF?
A
Koud klimaat met het hele jaar neerslag
B
Altijd sneeuw
C
Toendra
D
Hooggebergte

Slide 23 - Quiz

Bij welke hoofdletters kan er een kleine letter (f, s of w) volgen?
A
A, D, E
B
A, B, C
C
A, B, E
D
A, C, D

Slide 24 - Quiz


A
As
B
Af
C
BW
D
BS

Slide 25 - Quiz


A
Cs
B
Cf
C
Dw
D
Df

Slide 26 - Quiz


A
Cs
B
Cw
C
Df
D
Dw

Slide 27 - Quiz

Foefje
Daarna: kijken naar neerslag. Is er een droge tijd? -> 
3 maanden minder dan 30 mm neerslag.

Slide 28 - Diapositive