un. toets 4

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

programma 

voorbereiding toets

grammaire 1 - aller 

grammaire 2 - ne ... pas

ne... pas 

lees de grammatica 2 op p. 134 2' 

maak 16 F G H  3x4'

ne komt voor de persoonvorm.....pas erachter

ik ga niet - je ne vais pas

jij hebt niet - tu n' as pas 

we lopen niet - nous marchons pas

aller 

lees de grammatica op p. 134 2'

maak 8 F G H  3x4'

ik ga - je vais

jij gaat - tu vas

zij/hij/men gaat - il/elle/on va

u/jullie gaan - vous allez

zij gaan - il/elle vont

ik ga

1. je vas
2. je va
3. j'ai
4. je vais

ik ga niet

1. je ne vais pas
2. tu ne vas pas
3. on ne va pas
4. ils ne vont pas

Hij gaat naar school.

1. Il marche à l'ecole
2. Elle parle à l'école
3. Il va à l'école
4. nous allons à l'école

schrijf het rijtje van 'aller'

Ik heb honger.

1. J'ai faim
2. Tu as faim
3. Vous avez faim.
4. Ils ont faim.

ik heb geen honger

1. Tu n'as pas faim.
2. Vous n'avez pas faim.
3. Ils n'ont pas faim.
4. Je n'ai pas faim

ne of n'

voor een persoonsvorm met een h of een klinker (u,i,o,a,e) komt er een n' 

Nous n' avons pas soif.  

Jij hebt geen dorst (soif).

jij hebt niet

tu

n'

as

pas

we gaan niet

nous

n'

allons

pas

On ne va pas à Paris.

Zij gaan niet naar Parijs.

was dit nuttig?

wat heb je geleerd?

samenvatting

aller

vais, vas, va, allons, allez, vont

ne (n') komt voor persoonsvorm pas erachter