- je weet (weer) hoe je signaalwoorden kan gebruiken om verbanden tussen zinnen aan te geven.
- je leert (weer) verwijzen naar mannelijke, vrouwelijke en onzijdige woorden.
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare school
Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Lesdoelen
- je weet (weer) hoe je signaalwoorden kan gebruiken om verbanden tussen zinnen aan te geven.
- je leert (weer) verwijzen naar mannelijke, vrouwelijke en onzijdige woorden.
Slide 1 - Diapositive
Lesprogramma
- Welkom en presentie (5 min)
- Terugblik (grammatica) (5 min)
- Uitleg formuleren (10 min)
- Zelfstandig werken (15 min)
- Nabespreken (10 min)
Slide 2 - Diapositive
Terugblik
De nare jongen heeft mijn favoriete feestmuts zomaar verscheurd.
Slide 3 - Diapositive
Het hagelt volgens mij.
Slide 4 - Diapositive
Formuleren H3
Verbanden tussen zinnen
De zinnen van een tekst houden verband met elkaar. Een tekst wordt duidelijker als de schrijver/spreker dat verband duidelijk aangeeft.
Je kunt verbanden leggen door signaalwoorden te gebruiken. Op de volgende slide staan enkele verbanden in een schema. Bij elk verband vind je een aantal veelvoorkomende signaalwoorden.
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Ik kleed me heel mooi aan.
Ik ga naar een feest.
Voeg de zinnen samen met een verbindingswoord/ signaalwoord.
De volgorde van de zinnen en de woorden in de zinnen mag veranderd worden.
Slide 7 - Diapositive
Formuleren H4: verwijswoorden
Wat is ook alweer een verwijswoord?
Slide 8 - Diapositive
Woordgeslacht
De-woorden zijn mannelijk of vrouwelijk: het geslacht kun je opzoeken in het woordenboek.
Het-woorden zijn onzijdig
Slide 9 - Diapositive
Verwijswoorden
Slide 10 - Diapositive
De discotheek heeft al zijn/haar sponsors uitgenodigd voor een danceparty.
De-woord: opzoeken in het woordenboek
woorden.org
Slide 11 - Diapositive
Doordat dit schilderij beschadigd is, heeft hij/zij/het veel van zijn/haar waarde verloren.
Is schilderij een de of het woord?
Slide 12 - Diapositive
Zelfstandig werken
1. Maak eerst het oefenmateriaal H4 Formuleren (Magister: huiswerk vandaag)
2. Maak daarna de opdrachten die online klaarstaan: Nieuw Nederlands/ Planning ....Formuleren H3 opfrissen opdracht 4, 5, 6, of en 7b