TD + BN + Trappen van vergelijking

TD + BN + Trappen van vergelijking

Welkom!

Telefoon in de telefoontas
Zitten volgens de plattegrond
Spullen op tafel --> Laptop dicht!
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

TD + BN + Trappen van vergelijking

Welkom!

Telefoon in de telefoontas
Zitten volgens de plattegrond
Spullen op tafel --> Laptop dicht!

Slide 1 - Diapositive

Planning
Lesdoel
Uitleg tegenwoordig/onvoltooid deelwoord
Uitleg trappen van vergelijking
Oefenen 
Check - Bijvoeglijk naamwoord
Huiswerk maken

Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen
Na deze les kun je het tegenwoordig/onvoltooid deelwoord gebruiken.
Na deze les kun je bijvoeglijk naamwoorden juist schrijven.
Na deze les kun je de trappen van vergelijking gebruiken.

Slide 3 - Diapositive

Tegenwoordig/onvoltooid deelwoord
Het tegenwoordig deelwoord (TD) geeft aan dat een handeling bezig is. Je maakt een TD door -d achter het infinitief te zetten.
--> Lopen - Lopend ging ik naar Nederlands.
--> Fietsen - Fietsend ging ik naar mijn training.
--> Wandelen - Wandelend passeerde ik de grachten.

Slide 4 - Diapositive

Trappen van vergelijking
De trappen van vergelijking bestaan uit drie trappen:
- De stellende trap: Geeft gelijke zaken aan. --> Hij is net zo lui ALS ik. Deze vorm is de basis.
- De vergrotende trap: Geeft ongelijke zaken aan. --> Hij is luier DAN ik. Vorm = Basis + -er (meestal).
- De overtreffende trap: Geeft een overtreffende zaak aan. --> Hij is de luiste van de klas. Vorm = Basis + -st(e).

Slide 5 - Diapositive

Welke klopt? .... (lachen) liepen de leerlingen door de gang.
A
Lacht
B
Lachend
C
Lachent
D
HAHAHAHAA

Slide 6 - Quiz

Welke klopt? .... (fietsen) gingen wij naar de training.
A
Gefietst
B
Fietst
C
Fietsend
D
Fietsent

Slide 7 - Quiz

Welke klopt? .... (zingen) onder de douche kwam ze tot rust.
A
Zingent
B
Gezongen
C
Zongen
D
Zingend

Slide 8 - Quiz

Wat is de stellende trap?
Hij werkt altijd ... .
A
hard
B
harder
C
het hardst

Slide 9 - Quiz

Wat is de vergrotende trap?
Zij werkt altijd ... .
A
harder
B
het hardst
C
hard

Slide 10 - Quiz

Wat is de overtreffende trap?
Maar jullie werken altijd ... .
A
harder
B
Het hardst
C
hard

Slide 11 - Quiz

Stellende trap
Vergrotende trap
Overtreffende trap
De docent Engels geeft veel huiswerk
De docent wiskunde geeft meer huiswerk. 
De docent Nederlands geeft het meeste huiswerk. 
De docent Nederlands is wel het leukst!
Onze docent natuurkunde is ook leuk.
Maar de docent Engels is leuker!

Slide 12 - Question de remorquage

Als
Dan
Brazilië is groter ... Nederland.
Imagine Dragons is even bekend ... Taylor Swift.
F1 is leuker ... voetbal.
Rafael Nadal is even goed ... Roger Federer.
Rood is even mooi ... geel.
Tekenen is minder vermoeiend ... gym.
Een kat is leuker ... een hond.

Slide 13 - Question de remorquage

Welke is juist?
De ... man draagt een ... ring.
A
rijke, goude
B
rijken, goude
C
rijken, gouden
D
rijke, gouden

Slide 14 - Quiz

Welke is juist?
Het ... kind liet de ... beker vallen.
A
jongen, plasticcen
B
jonge, plasticen
C
jonge, plastic
D
jongen, plastic

Slide 15 - Quiz

Het huiswerk
Voor morgen: Boek B bladzijde 137, opdracht 4, 6, 8 en 10.

Nog geen LessonUp account? Dan maken we die nu aan!

Slide 16 - Diapositive