H1 middeleeuwen alles aangepast 2

Literatuurgeschiedenis Middeleeuwen
1 / 44
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 44 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Literatuurgeschiedenis Middeleeuwen

Slide 1 - Diapositive

Het Frankische rijk
Frankische
rijk
Karel de Grote
O.l.v. Karel de Grote ontstond een groot rijk na de val van het West-Romeinse rijk (3e / 4e eeuw n.Chr.)

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Karel de grote wordt ook wel de vader van Europa genoemd.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quiz

Karel de Grote streefde naar eenheid in zijn rijk.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quiz

Het leenstelsel uit de middeleeuwen wordt ook wel het ___ stelsel genoemd.

Slide 6 - Question ouverte

Binnen het feodale stelsel was de opperste leenheer:
A
God
B
Koning
C
Leenman
D
Onderleenman

Slide 7 - Quiz

Wanneer waren de Vroege Middeleeuwen?
A
300 - 500 n.Chr
B
500 - 1000 n.Chr
C
1000 - 1300 n.Chr
D
1300 - 1500 n.Chr

Slide 8 - Quiz

Eerste stand
De geestelijkheid. Zij bezaten de geestelijke (kerkelijke) macht, maar hadden daarnaast ook wereldlijke macht.
Tekst
Tekst
Tekst
Tweede stand
De adel. Zij hadden wereldlijke macht (grond).
Derde stand
Burgerij (vanaf de Hoge Middeleeuwen). Zij hielden zich bezig met handel en nijverheid.
Overig
De grootste groep mensen (boeren / arbeiders) behoorde niet tot een stand. Zij stonden buiten de wereld van onderwijs, kunst en cultuur.
1

Slide 9 - Diapositive

Wanneer waren de Hoge Middeleeuwen?
A
300-500
B
500-1000
C
1000-1300
D
1300-1500

Slide 10 - Quiz

Wat is geen kenmerk van de Middeleeuwen?
A
Theocentrisme
B
Ridderlijk
C
Burgerlijk
D
Romeins

Slide 11 - Quiz

Wat voor soort kerk is dit?
A
Romaans
B
Gothisch

Slide 12 - Quiz

Wie behoorden tot de eerste stand?
A
God
B
Adel
C
Geestelijkheid
D
Burgerij

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Diapositive

0

Slide 15 - Vidéo

De boeren behoorden in de middeleeuwen tot de ...
A
eerste stand
B
tweede stand
C
derde stand
D
tot geen enkele stand

Slide 16 - Quiz

Theocentrisme
feodale stelsel
Codex
Incunabelen

De katholieke kerk beheerste het leven van alle  middeleeuwers

Leenstelsel. Effectieve manier om een groot rijk te besturen
Wiegendruk (gedrukte boeken die lijken op handschriften)
Handschrift, vervaardigd met de hand door monikken.

Slide 17 - Question de remorquage

Het genre van heiligenleven is vooral
A
Ridderlijk
B
Theocentrisch
C
Burgerlijk

Slide 18 - Quiz

Tot het einde van de 11e eeuw schreef men in het West-Romeinse rijk vooral in de volkstaal.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quiz

Steden kwamen opzetten in de
A
Vroege middeleeuwen
B
Hoge middeleeuwen
C
Late middeleeuwen

Slide 20 - Quiz

In de middeleeuwen gebruikte men Diets als overkoepelende term voor de verschillende dialecten die men in de Nederlanden sprak. Wat is de wetenschappelijke benaming hiervan?

Slide 21 - Question ouverte

0

Slide 22 - Vidéo

Welke functie had de literatuur voor de burgerij in de middeleeuwen vooral?
A
Theocentrisch
B
Ridderlijk
C
Didactisch
D
Burgerlijk

Slide 23 - Quiz

Hoe heet het soort
boek dat de monnik
hier vervaardigd?
A
Wiegendruk
B
Codex

Slide 24 - Quiz

In welke taal werd er (±1200) vooral geschreven?
A
Latijn
B
Diets
C
Middelenederlands
D
Duits

Slide 25 - Quiz

Was er sprake van uniforme spelling in de Middeleeuwen?
A
Ja
B
Nee

Slide 26 - Quiz

Wat was in de middeleeuwen een heilig getal?
A
3
B
5
C
7
D
11

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Vidéo

Is Mariken een goed of een slecht persoon?

Slide 29 - Question ouverte

De waarachtige ende zeer wonderlijke historie van Mariken van Nieumeghen is een mirakelspel. Wat is het belangrijkste 'mirakel' in dit verhaal?

Slide 30 - Question ouverte

De duivel, Moenen, komt op aarde. Als de duivel als menselijke gedaante op aarde verschijnt, heeft hij in de ME een lichamelijk gebrek. Wat is dat hier?

Slide 31 - Question ouverte

Waarom mag Mariken niet haar eigen naam houden volgens Moenen?

Slide 32 - Question ouverte

Waar zien we het heilige getal 3 terugkomen in dit verhaal?

Slide 33 - Question ouverte

Welk ander heilig getal speelt een rol in dit verhaal? Leg uit waar.

Slide 34 - Question ouverte

Een kunstvorm waarbij vaak op humoristische wijze maatschappijkritiek of kritiek personen wordt gegeven, noemen we een ________.

Slide 35 - Question ouverte

Welk begrip past niet bij de Middeleeuwen?
A
Romaanse stijl
B
Gotische stijl
C
Humanisme
D
Hoofse roman

Slide 36 - Quiz

Wat is het thema van dit verhaal?

Slide 37 - Question ouverte

Welke personages uit Reinaert de vos ken je nog?

Slide 38 - Carte mentale

Wie zien we hier NIET?
A
Bruun
B
Reinaert
C
Cuwaert
D
Tibeert

Slide 39 - Quiz

Welke bouwstijl
is dit?
A
Romaans
B
Barok
C
Gotiek
D
Neogotiek

Slide 40 - Quiz

Een roman waar de ridder meer verfijnd en 'hoffelijk' was noemen we een _______ roman.

Slide 41 - Question ouverte

Wie ben ik?

Slide 42 - Question ouverte

De bekendste Frankische of Karelroman noemen we:
A
De jeeste van Karel
B
Karel ende Elegast
C
Een liedekijn van Karel
D
Karel en de Steen der Wijzen

Slide 43 - Quiz

Fijne vakantie!

Slide 44 - Diapositive