Woche_4_Stunde_1

• Duits
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Woche 4 - Stunde 1

Herzlich willkommen! 

- Handy in die Tasche.

- Laptop dazu nehmen, aber nicht öffnen.

- Warte bis die Dozentin mit der Stunde beginnt. 

Was wir heute machen werden:

• Einleitung
• Grammatik: Persoonlijk vnm. in de eerste en vierde   naamval
• Selbstständig üben
• Evaluation
• Vorschau

Het persoonlijk voornaamwoord

Maak volgende sleepvraag:

Sleep de juiste vertalingen naar elkaar toe. 

Viel Erfolg!

Ik

jij 

hij

zij

het

wij

jullie

zij 

U

ihr 

er

Sie 

wir 

sie (enkelvoud)

du

sie (meervoud)

es

ich 

Het persoonlijk vnm. +1 & +4

	+1	Voorzetsels +4	+4
ik	ich	bis	mich
jij	du	durch	dich
hij/zij/het	er/sie/es	für	ihn/sie/es
wij	wir	ohne	uns
jullie	ihr	gegen	euch
u/zij	Sie/sie	um	Sie/sie

Selbstständig üben

Was? Mache die Aufgaben in Neue Kontakte Online --> E: Het persoonlijk voornaamwoord. Aufgabe 18 bis zum 24

Wie? Individuell 

Hilfsmittel? Uitlegfilmpje in Neue Kontakte Online + Naslag: Lernübersicht Kapitel 2

Zeit? Siehe Uhr

Fertig? Schaue dir Grammatik B an und
mache die Aufgaben 25 bis zum 29.

Welk zinsdeel staat altijd in de eerste naamval in een zin?

1. Onderwerp
2. Meewerkend voorwerp
3. Lijdend voorwerp

Welk zinsdeel staat altijd in de vierde naamval in de zin?

1. Onderwerp
2. Meewerkend voorwerp
3. Lijdend voorwerp

Welke voorzetsels regeren altijd de vierde naamval?

Ergänze: Darf ich ... (jij) fotografieren?

1. du
2. dich

Ergänze: Anna fragt ... (ik) ob ... (ik) in die Stadt mitkommen will.

1. ich, mich
2. mich, ich

Ergänze: Ich fühle mich (zonder hem) ... ... ganz alleine.

1. ohne er
2. ohne ihn

Ergänze: Entschuldigung, welches Medikament ist (voor ons) ... ... ?

1. für wir
2. für uns

Vorschau

• Het persoonlijke voornaamwoord in de eerste, derde & vierde naamval. 
• Selbstständig üben