Thema 3 hoofdstuk 4 Taalverzorging deel 2

• Nederlands
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Startklaar 

       

       Pak je Chromebook/ laptop voor je

       Start je Chromebook/ laptop op

       Log in op www.lessonup.app 

       Stop je telefoon in je tas of in je jas

      

Inleiding

Vandaag gaan we verder met het thema natuur. We beginnen met hoofdstuk 4 Taalverzorging. 

We beginnen met het herhalen van de vorige les. Daarna gaan we verder met opdracht 5.

Herhaling 

Schrijf op je wisbordje wat je nog weet van de persoonsvorm. Doe dit alleen, zonder overleg met je buurman/vrouw.

Je krijgt hier 1 minuut de tijd voor.

Bespreek nu met je buurman/vrouw wat jullie hebben op geschreven.

Herhaling 

Schrijf op je wisbordje wat je nog weet van het onderwerp.  Doe dit alleen, zonder overleg met je buurman/vrouw.

Je krijgt hier 1 minuut de tijd voor.

Bespreek nu met je buurman/vrouw wat jullie hebben op geschreven.

Bespreking

Persoonsvorm:

Onderwerp:

Leerdoelen

Aan het einde van de les ...

- kan ik de ik- vorm van een werkwoord op de juiste manier schrijven.

- kan ik de juiste vorm van de persoonsvorm spellen in de tegenwoordige tijd.

- kan ik de persoonsvorm op de juiste manier schrijven als het woordje "jij"erachter staat.

Leerdoelgericht werken: 

Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan

de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en

worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 

Voorkennis

Je krijgt een aantal  vragen over het schrijven op de juiste manier van de persoonsvorm.

Schrijf je antwoorden op je wisbordje.

Schrijf de ik-vorm op van het werkwoord: groeien

Kies de juiste werkwoord vorm

Mijn nichtje ..........

1. huil
2. huilt
3. huild

Kies de juiste werkwoord vorm:

De dames ...........

1. vind
2. vindt
3. vinden

Kies de juiste werkwoord vorm:

Jij ........ dat ook.

1. vind
2. vindt
3. vinden

Kies de juiste werkwoord vorm:

......... jij dat ook?

1. vind
2. vindt
3. vinden

Aan de slag

Maak nu opdracht 5 t/m opdracht 9 van de stencils. Als je klaar bent ga je verder met Numo - Nederlands- taken.

Dat is ook het huiswerk voor maandag.

Wat vond je van de afgelopen les?

😒🙁😐🙂😃

Welk cijfer zou je jezelf geven voor aandacht tijdens deze les?

010

Ben je blij met het resultaat?

😒🙁😐🙂😃