week 47




Vandaag:
- we bekijken hoe we werken met het boek
- we bekijken de taak
- instructie Lees- en luisterstrategieën
- opdrachten 1 en 2 doen we klassikaal
- opdrachten 4 en 5 maak je zelfstandig
- evaluatie





Je legt klaar:
- iPad in de aanslag (dicht)
- agenda
- 2 A4 schriften
- pen
Week 47

timer
1:30
Aan het einde van deze week kan jij:
- meervouden en verkleinwoorden correct spellen


Klaar?
- puzzel
- lezen
Vandaag:
- instructie onderwerp en hoofdgedachte
- paar opdrachten klassikaal
- zelfstandig werken
Je legt klaar:
- iPad
- Nieuw Nederlands
- werkschrift
- etui
hulp? check het eerst bij een groepsgenoot!
Meer dan lezen §2: 1, 2, 3, 4
Spelling §3: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9
Spelling §4: 1, 2, 3
1 / 53
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 53 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon




Vandaag:
- we bekijken hoe we werken met het boek
- we bekijken de taak
- instructie Lees- en luisterstrategieën
- opdrachten 1 en 2 doen we klassikaal
- opdrachten 4 en 5 maak je zelfstandig
- evaluatie





Je legt klaar:
- iPad in de aanslag (dicht)
- agenda
- 2 A4 schriften
- pen
Week 47

timer
1:30
Aan het einde van deze week kan jij:
- meervouden en verkleinwoorden correct spellen


Klaar?
- puzzel
- lezen
Vandaag:
- instructie onderwerp en hoofdgedachte
- paar opdrachten klassikaal
- zelfstandig werken
Je legt klaar:
- iPad
- Nieuw Nederlands
- werkschrift
- etui
hulp? check het eerst bij een groepsgenoot!
Meer dan lezen §2: 1, 2, 3, 4
Spelling §3: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9
Spelling §4: 1, 2, 3

Slide 1 - Diapositive


Koen: §7, §8                       Robin: §8
Valente: §8                                               







één mango - twee _______

Slide 2 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

één boot - twee _______

Slide 3 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

één idee - twee _______

Slide 4 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

één dj - twee _______

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (party)

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (gum)

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (pizza)

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (kiwi)

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (smiley)

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (wc)

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (paling)

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (kring)

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet hoofdletters en leestekens:
r van uhm spreekt geen arabisch en chinees maar wel frans

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

één reis - twee _______

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

onderwerp en hoofdgedachte
Onderwerp: in één woord of een paar woorden waar de tekst over gaat, bijvoorbeeld: goochelen of gezonde snacks. Je leest de tekst oriënterend om het onderwerp te vinden. Stel de vraag: waar gaat deze tekst over?

Hoofdgedachte: het belangrijkste uit de tekst in één volledige zin samengevat. Dit kan nooit een vraag zijn! Je leest de tekst precies om de hoofdgedachte te vinden. Stel de vraag: wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp gezegd wordt?

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Meer dan lezen §2 - Woordenschat

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

meervoud met -en

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

meervoud met -s en -'s

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

meervoud van woorden eindigend op -ee en -ie

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

verkleinwoorden met medeklinkers

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

verkleinwoorden met klinkers

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

verkleinwoorden met afkortingen en korte klanken

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

één reis - twee _______

Slide 24 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

één mango - twee _______

Slide 25 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

één boot - twee _______

Slide 26 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

één idee - twee _______

Slide 27 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

één dj - twee _______

Slide 28 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (party)

Slide 29 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (gum)

Slide 30 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (pizza)

Slide 31 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (kiwi)

Slide 32 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (smiley)

Slide 33 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (wc)

Slide 34 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (paling)

Slide 35 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (kring)

Slide 36 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

een klein _______ (kring)

Slide 37 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

meervoud met -en

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

meervoud met -s en -'s

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

meervoud van woorden eindigend op -ee en -ie

Slide 40 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

verkleinwoorden met medeklinkers

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

verkleinwoorden met klinkers

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

verkleinwoorden met afkortingen en korte klanken

Slide 43 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je leesboek voor Nederlands
Kiezen uit de titels:
- Alaska – Anna Woltz
- Rafael – Jan Eilander
- Soldaat Wojtek – Bibi Dumon Tak
- Wild – Mel Wallis de Vries
- Flashback - Eva Burgers

Slide 44 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 45 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je gaat een boek lenen van school.
Hoe houd jij je boek netjes?

Slide 46 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

De opdracht
- je maakt een aantal verwerkingsopdrachten bij het boek.
- Af en toe gaan we samen zitten in groepjes per boek: zo kunnen we het samen over het boek hebben.
- op It's Learning staat waar je moet zijn iedere week. Zorg dat je bij bent!
- je kan je boek tijdens daltonuren lezen, maar ook thuis, na een toets.

Slide 47 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet hoofdletters en leestekens:
meneer de vries heeft een hond een kat en een goudvis

Slide 48 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet hoofdletters en leestekens:
in noord-brabant eten ze vaak worstenbroodjes omdat dat daar een streekproduct is

Slide 49 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet hoofdletters en leestekens:
als je op engels een goed cijfer wil moet je op tijd beginnen met leren

Slide 50 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions


brood - gist; volkoren; zoetwaren
circus - trapeze; arena; grimeren
feest - guirlande; festijn; genodigden
kermis - vermaak; attractie; exploitant
voetbal - arbiter; schwalbe; doelman

Slide 51 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 52 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 53 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions