Les 3. Observeren & observatieplan 22MZA & C

• Com
• MBO
• Studiejaar 3

Communicatie

Observeren & rapporteren

Les 3. Observeren

Vandaag

1. Terugblik
2. Inleveren
3. Weekoverzicht
4. Waarnemen

Terugblik: doelen

1. Je leert wat waarnemen, observeren en rapporteren is
2. Je leert waarom waarnemen, observeren en rapporteren belangrijk is als (PB)MZ’er
3. Je maakt kennis met verschillende observatiemethoden

Inleveren

Voor dit vak lever je het volgende in:

1. Observatieplan, 
2. Objectief verslag van observatie
3. Jouw bijdrage in het rapportagesysteem. 
   

Theorie

• Boek methodiek MZ: 3.10 waarnemen 
  
  
• Boek methodiek MZ: 3.11 observeren
  
  
• Boek methodiek MZ: 3.11 rapporteren

Observeren

Observeren

Observeren is doelgericht en bewust waarnemen. 

1. Doelgericht
   Met een vooraf opgesteld doel. 
2. Bewust
   Je bent je bewust van wat je waarneemt. 

Observeren

• Bij observeren gaat het om feiten zo objectief mogelijk weergeven.  
• Kijk uit voor subjectieve beschrijvingen  zoals ‘mevrouw is moe’ wanneer je iemand met haar ogen dicht ziet zitten. 
• Feiten gaan over waarneembaar gedrag, duur, hoeveelheid enzovoort. 

Objectief

Feitelijk: zonder mening. Letterlijk wat je waarneemt. 

Subjectief

Dat wat jij vindt. Dit is dus een mening, een eigen invulling. Hierover kan je discussieren. 

Observeren

Bij het observeren gebruik je verschillende zintuigen, afhankelijk van wat je wilt observeren.

1. Kijken
2. Luisteren
3. Tast 
4. Ruiken
   
5. Smaak

''Je doet het altijd''

Waar gaat deze uitspraak over?

1. Waarnemen
2. Observeren

''Je hebt een bepaald doel''

Waar gaat deze uitspraak over?

1. Waarnemen
2. Observeren

''Je hebt een doel?''

Waar gaat deze uitspraak over?

1. Waarnemen
2. Observeren

''Je doet het niet bewust?''

Waar gaat deze uitspraak over?

1. Waarnemen
2. Observeren

Observatieplan

Observatieplan

Participerende observatie

De observator (jij) hebt een rol in de situatie. Bijvoorbeeld als je tijdens een dag op stage tijdens je werk cliënten observeert en tegelijkertijd meedoet met de activiteit. 

Niet participerende observatie

Wanneer je als observator niet meedoet met de activiteit. Jullie gaan nu een niet participerende observatie uitvoeren. 

Gestructureerde observatie

Bij gestructureerd observeren heeft de observator een vooraf vastgesteld doel voor ogen.  Doelen kunnen hierbij zijn: wat het probleemgedrag precies inhoudt, bij wie het voorkomt, op welk tijdstip, hoe vaak het voorkomt en wat voorafgaat aan of volgt op het probleemgedrag. 

Niet gestructureerde observatie

Ongestructureerd observeren zonder specifiek doel. 

Huiswerk

De volgende les heb je je observatieplan af.

Advies: Gebruik de komende weken om ook te observeren.