Grammatik K4 und K6 zw werkw en voltooid deelwoord havo/vmbo-tl

Oefenen
Zwakke werkwoorden en voltooid deelwoorden.
(schwache Verben, das Partizip)
  • vervoegen zw werkwoorden
  • vervoegen zw werkwoorden met sisklanken in stam
  • vervoegen zw werkwoorden met d/t in stam (+ 5 extra ww)
  • vormen van het voltooid deelwoord
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 1 min

Éléments de cette leçon

Oefenen
Zwakke werkwoorden en voltooid deelwoorden.
(schwache Verben, das Partizip)
  • vervoegen zw werkwoorden
  • vervoegen zw werkwoorden met sisklanken in stam
  • vervoegen zw werkwoorden met d/t in stam (+ 5 extra ww)
  • vormen van het voltooid deelwoord

Slide 1 - Diapositive

Stappenplan!
  1. Vertaal eventueel het werkwoord in het Duits.
  2. Bepaal de stam (basis vervoegen en voltooid deelwoord)
  3. Waar eindigt de stam op?
  4. Let op vormen van haben en sein in de zin => voltooid deelwoord vormen!!

Slide 2 - Diapositive

... es dir Spaß?
A
mache
B
machst
C
macht
D
machen

Slide 3 - Quiz

Das Mädchen (antworten) .... laut.
Zet werkwoord in juiste vorm.

Slide 4 - Question ouverte

Der Junge .... viel ins Ausland.
Juiste vorm van invullen: reisen

Slide 5 - Question ouverte

Abends .... ich meine E-Mails.
A
schreibe
B
schreibst
C
schreibt
D
schreiben

Slide 6 - Quiz

Wann seid ihr damit .... (starten).
Zet in de juiste vorm.

Slide 7 - Question ouverte

Ich habe Karten für das Konzert .....
Juiste vorm zetten: reservieren

Slide 8 - Question ouverte

Ich bin im vergangenen Sommer viel .... .

Juiste vorm zetten: schwimmen

Slide 9 - Question ouverte

Habt ihr heute Fußball ..... (spielen).
Zet in de juiste vorm.

Slide 10 - Question ouverte

..... Sie oft ins Kino (bios)?
A
gehe
B
gehst
C
geht
D
gehen

Slide 11 - Quiz

Wir haben ein großes Fest ..... !
Juiste vorm zetten: organisieren

Slide 12 - Question ouverte

Früher hat diese Schule `Regenbogen` .... .
Juiste vorm zetten: heißen

Slide 13 - Question ouverte

Voltooid deelwoord van: interpretieren
A
geinterpretiert
B
interpretiert
C
geinterpretieren

Slide 14 - Quiz

Es (regnen) .... schon den ganzen Tag.
Zet in de juiste vorm.

Slide 15 - Question ouverte

Seid ihr heute süß ..... ?
Juiste vorm zetten: sein

Slide 16 - Question ouverte

Lili ..... eine neue Gitarre.
A
kaufe
B
kaufst
C
kauft
D
kaufen

Slide 17 - Quiz

Wie lange (arbeiten) .... du hier schon?
Zet in de juiste vorm?

Slide 18 - Question ouverte

Hast du schon ein iPad .... ?
Juiste vorm zetten: bestellen

Slide 19 - Question ouverte

Er hat dem Mädchen einen Brief ..... .
Juiste vorm zetten: schreiben

Slide 20 - Question ouverte

Das Mädchen (atmen) .... sehr schwer, sie schläft tief.

Zet in de juiste vorm.

Slide 21 - Question ouverte

Wat is de stam van:
segeln

Slide 22 - Question ouverte

Wo ..... wir unsere Party?
A
feiere
B
feierst
C
feiert
D
feiern

Slide 23 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van:
verlieben

Slide 24 - Question ouverte

Er hat sehr lange im Schwimmbad ..... (baden).

Zet in de juiste vorm.

Slide 25 - Question ouverte

Wat gaat goed? Wat kan beter? Hoe pak je dit aan? (mbt. woordjes, zinnetjes en de grammatica)

Slide 26 - Question ouverte