Wat heb je geleerd? Les 1

WAT HEB JE GELEERD?

En wat heb je onthouden?

"Soep proeven"

Je hebt de lesstof nu geoefend.

Je gaat jouw "soep" dus nu voor het eerst proeven.

Is jouw "soep" al lekker?

Of kun je jouw "soep" nog lekkerder maken? 

Blijft herhalen door te oefenen. 

Leerdoel

Ik weet welke windrichtingen er zijn en ken ze uit mijn hoofd.  

Amber rijdt vanuit het hotel naar het uitkijkpunt. In welke richting rijdt Amber? (blz. 125)

Amber rijdt vanuit het hotel naar de bootverhuur. In welke richting rijdt

Tip: Teken eerst een windroos.

Vanaf het uitkijkpunt rijdt Amber naar het noordwesten. Ze parkeert haar auto aan het einde van de weg.
Waar parkeert Amber haar auto?

Vanaf de bootverhuur rijdt Amber naar het noordoosten. Ze parkeert haar auto aan het einde van de weg.
Waar parkeert Amber haar auto?

Er waait een zuidoostenwind.
Waar waait de wind naartoe?
(blz. 125)

Er waait een noordoostenwind.
Waar waait de wind naartoe?

Daarna fietst Fieke van knooppunt 96 naar knooppunt 95.
In welke richting fiets zij?

Er waait een noordenwind.
Waar waait de wind naartoe?

Leerdoel

 Ik kan een vak aflezen in een plattegrond.  

In welk vak in de bovenstaande afbeelding ligt de rode stip?

In welk vak in bovenstaande afbeelding ligt de haven? (Ga op zoek naar het zwarte bootje.)

In welk vak in bovenstaande afbeelding ligt het NS station?

Leerdoel

 • Ik weet wat een assenstelsel is.

• Ik weet wat een horizontale as en de verticale as is.

• Ik weet wat de oorsprong is. 

Welk begrip wordt er bij 2 bedoeld?

1. assen
2. horizontale as (x-as)
3. verticale as (y-as)
4. oorsprong

Welk begrip wordt er bij 3 bedoeld?

1. assen
2. horizontale as (x-as)
3. verticale as (y-as)
4. oorsprong

Welk begrip wordt er bij 1 bedoeld?

1. assen
2. horizontale as (x-as)
3. verticale as (y-as)
4. oorsprong

Leerdoel

 Ik kan een coördinaat correct opschrijven.

Ik kan coördinaten in een assenstelsel aflezen. 

Schrijf de coördinaten op van punt A.

Schrijf de coördinaten op van punt B.

Schrijf de coördinaten op van punt C.

Schrijf de coördinaten op van punt D.

Schrijf de coördinaten op van punt E.

Schrijf de coördinaten op van punt A.

Schrijf de coördinaten op van punt B.

Schrijf de coördinaten op van punt C.

EVALUATIE
eindopdracht:
Wat heb je geleerd?

1. Ik begrijp alles en heb ook alles goed gemaakt.
2. Ik begrijp alles, maar heb wel wat onnodige fouten gemaakt.
3. Ik begrijp nog niet alles, maar door te blijven oefenen zal dit goedkomen.
4. Ik begrijp nog te weinig en heb daarom nog extra hulp nodig.

Blijf 3 keer per week oefenen, zodat het in je lange termijngeheugen blijft zitten. 

SUCCES!