Burgerschap, thema 1, Kiezen

• Burgerschap
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3

Burgerschap 

Thema 1: Kiezen 

les 1: vrijheid 

Wat gaan we doen?

• Woordweb
• Opdracht 
• Filmpje
• Opdracht
• Evaluatie

Wat ga je leren?

• Dat je in Nederland veel vrijheid hebt.
• Wat vrijheid betekent.
• Wat je kan kiezen.
• Wat je niet kan kiezen.

Vrijheid

Wat betekent vrijheid?

Vrijheid betekent dat je je eigen keuzes kunt maken. Je kunt bijvoorbeeld kiezen wie je vrienden zijn, wat je wilt eten of waar je je geld aan uitgeeft

Bedenk 3 dingen die je zelf kan kiezen:

Bedenk 3 dingen die je niet zelf kan kiezen:

Keuze is een vrijheid

1. Ja
2. Nee

welke zin klopt?

1. In Nederland heb je veel vrijheid
2. In Nederland heb je geen vrijheid
3. Je kan niet zelf kiezen wat je eet
4. Je mag niet kiezen op wie je verliefd wordt

je mening geven

Bij vrijheid hoort dat je mag zeggen wat je van iets of iemand vindt. Je geeft dan je mening.

Als je bijvoorbeeld zegt dat je een film mooi vindt, geef je je mening.

Het afsteken van vuurwerk met oud en nieuw moet verboden worden.

Kwetsen

Aan de slag:

Ga aan de slag met de opdrachten op de volgende blz. 10 t/m 15.

wat is een feit?

Zoek op wat een "feit" is

Feit

Een feit is iets dat echt is gebeurd of dat echt zo is. Om vast te stellen of iets een feit is, moet je het kunnen bewijzen.

Aan de slag:

Ga aan de slag met de opdrachten op de volgende blz. 16 en 17.