Hoofdstuk 3.1 Water

Water 
paragraaf 1
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Water 
paragraaf 1

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 Deze periode werken we met weektaken
- Elke week, op uiterlijk vrijdag,  rond je één  paragraaf af. 
- Het huiswerk bestaat uit twee onderdelen;
   1. de digitale huiswerkopdrachten via de methode, en
  2. de oefentoets die op it's learning staat. 
- Als ik te snel ga :) dan kun je alles nog eens rustig nalezen op it's learning.

- Met de weektaken  bouw je 50% op van een cijfer.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen  
1:  Je weet hoe water is verdeeld over de aarde. 
2: Je kunt de verschillende onderdelen van de waterkringloop uitleggen.
3: Je kent de kenmerken van de drie soorten rivieren.
4: Je kunt een grafiek van een waterbalans lezen en begrijpen.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarvoor wordt er water
bij jullie thuis gebruikt?

Slide 4 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Diapositive

Gebruik van water in een huishouden. Per dag verbruik je als volwassen persoon ongeveer 120 liter kraanwater. Een gemiddeld douchebeurt kost 70 liter water.

De vraag is, hoe komen we aan al dat water?
Hoe is al het water verdeeld over de aarde?

Slide 6 - Diapositive

Verdeling in procenten?
Zoet water en zout water
Waterkringloop
Al het water op de aarde, blijft ook op de aarde. Er is een balans en het is een kringloop.


1

Slide 7 - Diapositive

Een kringloop betekent dat een proces zich telkens herhaalt. Denk bijvoorbeeld aan een tweedehands kringloop!

Oefening
Vul de juiste woorden in met behulp van de figuur.



97,5 % van water op aarde is …………... en 2,5% is ..........

Zoetwater is vooral opgeslagen in vaste vorm, namelijk in ........ en ........

Onze drinkwater zit voornamelijk in......... en ...........


2

Slide 8 - Diapositive

De antwoorden schrijf je in je schrift. Je kunt ze niet typen op je scherm!
Oefening
Vul de juiste woorden in met behulp van de figuur.


97,5 % van water op aarde is zoutwater en 2,5% is zoetwater.

Zoetwater is vooral opgeslagen in vaste vorm, namelijk in ijskappen en gletsjers.


Onze drinkwater zit voornamelijk in grondwater en water in meren.
2

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De volgende link moet je als huiswerk bekijken. 

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Lien

https://www.ntr.nl/html/micrio/schooltv/waterkringloop/

Start de lange waterkringloop.
Er zijn drie soorten rivieren
Regen die boven land valt stroomt altijd naar een lager punt. Zo vormen stroompjes die samenkomen en een regenrivier vormen.
3

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Drie soorten rivieren
Hoog in de bergen valt er sneeuw.
 
Dikke lagen sneeuw die op elkaar drukken en veranderen in ijs vormen een gletsjer.

Gletsjer smelt                    ontstaat gletsjerrivier
3

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Drie soorten rivieren
Onderweg naar zee worden gletsjerrivieren aangevuld door regenwater.

Gletsjerrivier + regenrivier= gemengde rivier

De Rijn is een voorbeeld van een gemengde rivier.
3

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een rivier heeft
altijd evenveel water.
4
A
juist
B
onjuist

Slide 15 - Quiz

Dit verschil in afvoer noem je regiem.
Wanneer hebben regenrivieren in West-Europa meestal veel water?
4
A
Lente en zomer
B
Herfst en winter

Slide 16 - Quiz

Het regent dan vaker en er verdampt weinig water.
Een gletsjerrivier heeft juist veel water in het voorjaar (lente). Waarom is dat zo?
4
A
Dan regent het extra hard
B
Dan smelt het ijs

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waterbalans
Water komt een gebied binnen via rivieren of neerslag.

Hoeveel water er binnen komt - hoeveel er uitgaat kun je weergeven in een waterbalans

4

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zou het betekenen als er een positieve waterbalans is?

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Als het regent stroomt het water:
Hoe heet zichtbaar water in rivieren?

Oppervlaktewater en grondwater kan opnieuw aangevuld worden.
Hoe noem je dat?

Naar de rivieren en in de grond

oppervlaktewater
vernieuwbare voorraad

Slide 20 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions