Invoeg Enschede 14 maart 2024 Nederlands

Nederlands
Invoeg Enschede

14 maart 2024
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1,4

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Nederlands
Invoeg Enschede

14 maart 2024

Slide 1 - Diapositive

Rooster 

Slide 2 - Diapositive

Programma vandaag
- Week bespreken

- Nederlands: Tekstbegrip/Voorspellen

- Rekenen afmaken nulmeting via toa.toets.nl
- RekenLes digibord



Slide 3 - Diapositive

Hoe ging de 1e schoolweek?
Hoe was je weekend?

Hoe beviel de 1e hele schoolweek?

Wat is de stand van zaken m.b.t. stage?


Slide 4 - Diapositive

Tekstbegrip/Voorspellen

Slide 5 - Diapositive

Voorspellen

  • kun je voorspellen waar de tekst over gaat

  • kun je de belangrijkste informatie uit een tekst halen

  • kun je een samenvatting maken van een tekst

Slide 6 - Diapositive

Waarom tekstbegrip?
  • Bij tekstbegrip gaat het om het goed kunnen begrijpen van een tekst. 
  • Als je begrijpt waar een tekst over gaat, kun je er informatie uithalen.
  • Deze informatie kun je bijvoorbeeld gebruiken bij het maken van een samenvatting of om te leren.

Slide 7 - Diapositive

Voorspellen
We oefenen het voorspellen als volgt:
Een fragment van een commercial wordt gestart. 
Voor de climax wordt deze op pauze gezet. 

Beschrijf als antwoord hoe het fragment afloopt en waarvoor reclame wordt gemaakt.

Slide 8 - Diapositive

Wat gaat er gebeuren?

Slide 9 - Question ouverte

Wat gaat er gebeuren?

Slide 10 - Question ouverte

Wat gaat er gebeuren?

Slide 11 - Question ouverte

Wat gaat er gebeuren?

Slide 12 - Question ouverte

Na deze les:

  • kun je voorspellen waar de tekst over gaat

  • kun je de belangrijkste informatie uit een tekst halen

  • kun je  een tekst schrijven m.b.t. het hoofdonderwerp

Slide 13 - Diapositive

Wat gaan we deze les doen?
Voorkennis ophalen over het onderwerp van de tekst
Voorspellen van de inhoud van een tekst
Zelf aan de slag:
  • Inhoud tekst voorspellen
  • Tekst lezen
  • Sleutelvragen beantwoorden
  • Een tekst schrijven over het hoofdonderwerp

Slide 14 - Diapositive

Hoe voorspel je de inhoud 
van een tekst?

Slide 15 - Diapositive

Inhoud voorspellen:
  • Kijk naar de titel – bepaal het onderwerp van de tekst

  • Kijk naar de tussenkopjes – waar gaan de alinea’s over?

  • Kijk naar de afbeeldingen – wat zie je?

  • Kijk naar de bron – wat is dit voor bron?

  • Hoe is de tekst opgebouwd?

Slide 16 - Diapositive

Opdracht 1: inhoud voorspellen
  • Voorspel waar deze tekst over gaat, doe dit aan de hand van de punten die we zojuist besproken hebben.

  • Titel, Tussenkopjes, Afbeeldingen, Bron, opbouw
Kijk naar de titel – bepaal het onderwerp van de tekst
Kijk naar de tussenkopjes – waar gaan de alinea’s over
Kijk naar de afbeeldingen – wat zie je
Kijk naar de bron – wat is dit voor bron
Hoe is de tekst opgebouwd
timer
4:00

Slide 17 - Diapositive

Lezen van de tekst






Beantwoorden van sleutelvragen tekst (tekstbegrip)

Slide 18 - Diapositive

1) Waarom was ‘robot’ een goed passende naam voor robots?

Slide 19 - Question ouverte

2) Er wordt een ‘robot’ uit 1937 en een robot uit de jaren 50 genoemd als eerste robot. Wat is een belangrijk verschil tussen de eerste en de tweede?

Slide 20 - Question ouverte

3) Wat heeft een apparaat nodig om robot genoemd te worden?

Slide 21 - Question ouverte

4) Hoe kan het dat robots heel slim kunnen zijn?


Slide 22 - Question ouverte

5) Wat is een overeenkomst tussen een wasmachine en een robot?

A
Beide hebben ze een bron nodig die heel veel energie kan leveren.
B
Beide komen ze voor in dezelfde omgeving.
C
Beide kun je een ‘instructie’ geven en dan doen ze precies wat je verwacht.
D
Alle drie de antwoorden zijn juist.

Slide 23 - Quiz

6) Waarom noemt de schrijver de stofzuiger een zusje van de robotgrasmaaier?

A
De apparaten hebben beide als functie om een oppervlak te behandelen.
B
De apparaten lijken veel op elkaar
C
De stofzuiger en de grasmaaier worden in huis naast elkaar opgeborgen.
D
Het is ook een robot, net als de grasmaaier.

Slide 24 - Quiz

7) Wat wordt er niet genoemd als het gaat om robots in de toekomst?


A
grotere robots
B
meer invloed van robots
C
meer robots
D
slimmere robots

Slide 25 - Quiz

Schrijfopdracht
Ga naar Teams opdrachten.

Hierin staat de opdracht:

Je hebt de tekst gelezen. Hierin wordt onder andere de ontwikkeling van robots beschreven.
Daarbij wordt vermeld dat er deskundigen zijn die risico’s zien in robots.
Schrijf nu een tekst waarin je zo’n risico van een robot beschrijft. 




Slide 26 - Diapositive

Lesdoelen behaald?
  • Voorspellen waar de tekst over gaat
  • De belangrijkste informatie uit een tekst halen
  • Een samenvatting maken van een tekst
  • Een tekst schrijven over het hoofdonderwerp

Slide 27 - Diapositive

Rekenen
- Nulmeting afmaken

- oefenen verschillende onderdelen (LessonUp)

- Opdrachtenboekje Patronen

Slide 28 - Diapositive