11.2 vrouwen

11.2 vrouwen
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

11.2 vrouwen

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen 11.2 Man en vrouw


- Je kunt de delen van de voortplantingsorganen van een vrouw benoemen en de werking uitleggen.
- Je kunt uitleggen hoe de menstruatiecyclus verloopt
- Je kunt uitleggen dat de menstruatiecyclus wordt geregeld door hormonen. 

Slide 2 - Diapositive

Welk nummer hoort bij welk onderdeel van het vrouwelijke geslachtsorgaan?
eileider
eierstok
baarmoeder
schaamlip
vagina
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11

Slide 3 - Question de remorquage

Welk nummer hoort bij welk onderdeel van het mannelijke geslachtsorgaan?
teelbal
bijbal
prostaat
zaadblaasje
zwellichaam
zaadleider
Sperma
1
2
3
4
5
6
7

Slide 4 - Question de remorquage

Slide 5 - Diapositive

11.2 Les 1 
Maak opdracht 1 t/m 10


Slide 6 - Diapositive

Wat is hier de prostaat?
A
Q
B
R
C
S
D
T

Slide 7 - Quiz

een penis kan stijf worden door een bot in de penis
A
feit
B
fabel

Slide 8 - Quiz

In de penis bevinden zich:
A
teelballen
B
urinebuis en zwellichaam
C
zaadleiders en urinebuis
D
prostaat en zaadblaasjes

Slide 9 - Quiz

teelballen
A
hierin worden zaadcellen gemaakt
B
hierin worden zaadcellen tijdelijk opgeslagen
C
hierin worden eicellen gemaakt
D
hierin worden eicellen tijdelijk opgeslagen

Slide 10 - Quiz

11.2 deel 2 Menstruatiecyclus

Slide 11 - Diapositive

Herhalen vorige les

Slide 12 - Diapositive

Sperma bestaat uit:
A
zaadcellen
B
zaadcellen en een beetje urine
C
zaadcellen en vocht
D
zaadcellen en slijm

Slide 13 - Quiz

Welk nummer hoort bij welk onderdeel van het vrouwelijke geslachtsorgaan?
eileider
eierstok
baarmoeder
schaamlip
vagina
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11

Slide 14 - Question de remorquage

Welk nummer hoort bij welk onderdeel van het mannelijke geslachtsorgaan?
teelbal
bijbal
prostaat
zaadblaasje
zwellichaam
zaadleider
Sperma
1
2
3
4
5
6
7

Slide 15 - Question de remorquage

Leerdoelen 11.2 Man en vrouw

LES 2
- Je kunt uitleggen hoe de menstruatiecyclus verloopt
- Je kunt uitleggen dat de menstruatiecyclus wordt geregeld door hormonen. 

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Menstruatiecyclus in 4 stappen:
Een cyclus duurt ongeveer 28 dagen..
Menstruatie dus ook om de 28 dagen

Gebeurtenissen tijdens menstruatiecyclus:
1. eicel rijpt
2. baarmoederslijmvlies groeit
3. eisprong
4. menstruatie

Tijdens de menstruatie wordt het verdikte deel van het baarmoederslijmvlies afgestoten.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Lien

Ovulatiecyclus
1. in de eierstokken liggen de onrijpe eicellen in blaasjes.
2. één eicel rijpt: de eicel neemt vocht met voedingsstoffen op en wordt daardoor groter. het blaasje dat om de eicel heen zit, wordt ook groter. De voedingsstoffen zijn nodig als de eicel bevrucht is door de zaadcel.
3. Na ongeveer 14 dagen zitten er voldoende voedingsstoffen in de eicel: de eicel is rijp. Het blaasje barst dan open en de rijpe eicel komt in de eileider. Het vrijkomen van en rijpe eicel uit de eierstokken heeft eisprong of ovulatie
4. Na de eisprong blijft de eicel 12 tot 24 uur in de eileider leven. De eileider vervoert de eicel richting de baarmoeder

Slide 20 - Diapositive

11.2 Les 2 opdrachten 
Maken opdr 11 t/m 16 + Nakijken 


Slide 21 - Diapositive

Welke functie heeft het baarmoederslijmvlies ?
A
Zorgt ervoor dat een meisje ongesteld wordt
B
Heeft geen functie
C
Zorgt ervoor dat een bevruchte eicel kan innestelen
D
Zorgt ervoor dat de hypofyse geslachtshormonen gaat afgeven

Slide 22 - Quiz

Menstruatiecyclus: Hoe lang blijft een eicel bevruchtbaar?
A
14 dagen
B
28 dagen
C
12 - 24 uur
D
0 - 12 uur

Slide 23 - Quiz

1. Op dag 1 van de menstruatie cyclus begint de menstruatie
2. Op dag 1 van de menstruatie begint een eicel te rijpen
A
1 is waar
B
2 is waar
C
1 en 2 zijn waar
D
1 en 2 zijn niet waar

Slide 24 - Quiz

Welk van onderstaand effect hoort niet bij oestrogeen?
A
Er rijpen geen andere eicellen meer
B
Het baarmoederslijmvlies wordt dikker
C
Bij veel oestrogeen geeft de hypofyse een seintje voor de ovulatie
D
Er vindt menstruatieverlies plaats

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Vidéo