3a donderdag 09-12

H9: Erfelijkheid
Erfelijkheid
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 36 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H9: Erfelijkheid
Erfelijkheid

Slide 1 - Diapositive

Vandaag: 

- Korte herhaling van vorige lessen
- Verder met dominant en recessief
- Kruisingen 

Slide 2 - Diapositive

Vorige lessen: 

- DNA, chromosomen, genen 
- Chromosoom paren 
- Genotype vs fenotype 
- Mutaties 
- Dominant en recessief 

Slide 3 - Diapositive

Vorige lessen: 

- DNA, chromosomen, genen 
- Chromosoom paren 
- Genotype vs fenotype 
- Mutaties 
- Dominant en recessief 

Slide 4 - Diapositive

Vorige lessen: 

- DNA, chromosomen, genen 
- Chromosoom paren 
- Genotype vs fenotype 
- Mutaties 
- Dominant en recessief 

Slide 5 - Diapositive

Vorige lessen: 

- DNA, chromosomen, genen 
- Chromosoom paren 
- Genotype vs fenotype 
- Mutaties 
- Dominant en recessief 

Slide 6 - Diapositive

Vorige lessen: 

- DNA, chromosomen, genen 
- Chromosoom paren 
- Genotype vs fenotype 
- Mutaties 
- Dominant en recessief 

Slide 7 - Diapositive

Vorige lessen: 

- DNA, chromosomen, genen 
- Chromosoom paren 
- Genotype vs fenotype 
- Mutaties 
- Dominant en recessief 

Slide 8 - Diapositive

Gelijke genen en ongelijke genen

Slide 9 - Diapositive

 Dominant & recessief

Slide 10 - Diapositive

Dominant / recessief
Dominant => de eigenschap is altijd zichtbaar
Recessief => de eigenschap is alleen te zien, als er geen dominante eigenschap is.





Slide 11 - Diapositive

Dominant/ recessief
Een dominant allel zie je altijd terug in het fenotype (ook als er maar één dominant allel is).

Dominante allel: HOOFDLETTER 
Recessieve allel: kleine letter

Slide 12 - Diapositive

Dominant/ recessief
Een dominant allel zie je altijd terug in het fenotype (ook als er maar één dominant allel is).

Dominante allel: HOOFDLETTER 
Recessieve allel: kleine letter
H                      h

Slide 13 - Diapositive

Dominant/ recessief
H = dominante haarkleur 
(bijvoorbeeld bruin haar)

h = recessieve haarkleur 
(bijvoorbeeld blond haar) 


H                      h

Slide 14 - Diapositive

Dominant/ recessief
H = dominante haarkleur 
(bijvoorbeeld bruin haar)

h = recessieve haarkleur 
(bijvoorbeeld blond haar) 

Hh = ? 
H                      h

Slide 15 - Diapositive

Dominant/ recessief
H = dominante haarkleur 
(bijvoorbeeld bruin haar)

h = recessieve haarkleur 
(bijvoorbeeld blond haar) 

Hh = bruin haar 
H                      h

Slide 16 - Diapositive

En nu? 
Jij bent Hh 

Slide 17 - Diapositive

En nu? 
Jij bent Hh 
Wat nou als jij kinderen krijgt met iemand die hh is? 

Slide 18 - Diapositive

En nu? 
Jij bent Hh 
Wat nou als jij kinderen krijgt met iemand die hh is? 

Jullie kinderen krijgen maar 1 chromosoom van elk ouder 

Dus 1 van jou (Hh) en 1 van de andere (hh)

Slide 19 - Diapositive

En nu? 
Jullie kinderen krijgen maar 1 chromosoom van elk ouder 
Dus 1 van jou (Hh) en 1 van de andere (hh)

Wat voor haarkleur hebben die kinderen?

Slide 20 - Diapositive

En nu? 
Jullie kinderen krijgen maar 1 chromosoom van elk ouder 
Dus 1 van jou (Hh) en 1 van de ander (hh)


Slide 21 - Diapositive

En nu? 
Jullie kinderen krijgen maar 1 chromosoom van elk ouder 
Dus 1 van jou (Hh) en 1 van de ander (hh)


= kruisingsschema 

Slide 22 - Diapositive

En nu? 
Jullie kinderen krijgen maar 1 chromosoom van elk ouder 
Dus 1 van jou (Hh) en 1 van de ander (hh)


Slide 23 - Diapositive

H = dominante haarkleur 
(bruin haar)
h = recessieve haarkleur 
(blond haar) 

H                      h

Slide 24 - Diapositive

homozygoot: 2 dezelfde (BB of bb)
heterozygoot: 2 verschillende (Bb)

Slide 25 - Diapositive

Oefenen! 
:) 

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Dominant of recessief?

- Je genen bepalen of je een ziekte hebt of niet

- Is deze ziekte dominant of recessief? 

Slide 28 - Diapositive

Oogkleur
2 ouders hebben heterozygote genen voor oogkleur. 
Bruine ogen is dominant over blauwe ogen. 

Wat kunnen hun kinderen krijgen? 

Slide 29 - Diapositive

Oogkleur
2 ouders hebben heterozygote genen voor oogkleur. 
Bruine ogen is dominant over blauwe ogen. 



Slide 30 - Diapositive

Oogkleur
2 ouders hebben heterozygote genen voor oogkleur. 
Bruine ogen is dominant over blauwe ogen. 



Slide 31 - Diapositive

Oogkleur
2 ouders hebben heterozygote genen voor oogkleur. 
Bruine ogen is dominant over blauwe ogen. 



75% bruine ogen, 25% blauwe ogen 

Slide 32 - Diapositive

Cavia's
Cavia's kunnen kort haar hebben (dominant)
of lang haar (recessief)

Wat voor fenotype verwacht je bij de 
kinderen van Aa en aa ouders? 

Slide 33 - Diapositive

Cavia's
Wat voor fenotype verwacht je bij de 
kinderen van Aa en aa ouders? 

Slide 34 - Diapositive

Cavia's
Wat voor fenotype verwacht je bij de 
kinderen van Aa en aa ouders? 

Slide 35 - Diapositive

In het kort: 

- Herhaling vorige lessen
- Dominant en recessief
- Oefeningen met kruisingsschema's 

Slide 36 - Diapositive