Chapitre 2 Test

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Chapitre 2

La fin

Le programme

Finir le chapitre 2 (pas de test)

Exercices en classe

Welke woorden die met huis/wonen te maken hebben ken je?

Werkwoorden vervoegen

https://www.liveworksheets.com/worksheets/fr/Fran%C3%A7ais_Langue_%C3%89trang%C3%A8re_(FLE)/Les_verbes/Les_verbes_en_-er-au_present_ty1092789jx

het zwembad

de keuken

de koe

reizen

Il va ... ses copains par télephone.

1. attendre
2. inviter

Sa maison est ...?

1. grande
2. active

... amis ne peuvent pas venir

1. sinon
2. quelques

Vertaal: de hele wereld

1. le monde actif
2. le monde totale
3. interdit
4. le monde entier

Vertaal: Wat vreselijk

1. quelle horreure
2. quel horreur
3. quelle horreur
4. quelle horreu

Wat is dit:

1. le chateau
2. la montagne
3. la cuisine
4. le garage

Vertaal: Wat vinden jullie leuk om te doen?

Vertaal: mijn tweelingzus is vervelend

Wat is correct?

1. Je vois deux garćons petits.
2. Je vois deux petites garcons.
3. Je vois deux petits garcons.
4. Je vois deux garcons petit

Wat is correct?

1. Ce sont actifs filles.
2. Ce sont des filles actives.
3. Ce sont des actives filles.
4. Ce sont des filles actifs.

Vul in: vous

1. adore
2. adorent
3. adorons
4. adorez

Nous

1. aimons
2. aimez
3. aimes
4. aiment

On

1. mangent
2. mangons
3. mange
4. manges

Vertaal: heureusement

Vertaal: prendre

Vertaal: autre

Vertaal: beau

C'est presque Noël

Noël en France

https:

le foie gras

les huitres

escargots

saumon fumé

la dinde 

le marron

le 24 décembre: le Réveillon

Bûche de Noël

la bûche de Noël

Het is een eeuwenoude Franse traditie: bij kerstavond hoort een boomstammetje. Ooit een echt stuk hout dat langzaam moest opbranden in de haard om de familie van een goede oogst te verzekeren in het komende jaar. Hoe langer de boomstam bleef branden, hoe beter de volgende oogst zou uitpakken, zo was het bijgeloof. Later werd het een nagerecht dat de vorm van het blok hout imiteerde.

Bûche de Noël 2017 van het hotel Plaza-Athenée in Parijs (CC/Studio des Fleurs)

la dinde aux mar-

rons

le sapin décoré

le 25 décembre

le 31 décembre:

Saint Sylvestre

feu d'artifice

la Tour Eiffel

l'Arc de Triomphe

les Champs Elysées

Wat betekent 'Noël'?

In welk seizoen vieren we kerst?

1. en été
2. au printemps
3. en hiver
4. en automne

Wat wens je elkaar met kerst?

1. Heureux Noël
2. Joyeux Noël
3. Père Noël
4. Bon Noël

In Frankrijk eet men met kerst een 'bûche de Noël' als dessert. Wat is dat?

1. 
2. 
3. 
4. 

Op welke dag is het Noël in Frankrijk?

1. le vingt-quatre décembre
2. le vingt-six décembre
3. le vingt-cinq décembre
4. le vingt-trois décembre

Wat hoort NIET bij
Saint-Sylvestre in Frankrijk?

1. bisous (zoenen) et voeux (wensen)
2. champagne
3. dîner
4. beignets (oliebollen)

Op welke dag wordt
in Frankrijk
Noël NIET gevierd?

1. le vingt-quatre décembre
2. le vingt-cinq décembre
3. le vingt-six décembre

Welke letters ontbreken?
Jo..eux Noël
&
Bonne A..ée

1. j - n
2. y - n
3. y - nn
4. j - nn

Welk lied hoor je?

1. Feliz navidad
2. All I want for christmas is you
3. Jingle Bells
4. Last Christmas

À Noël je t'ai donné mon coeur

Joyeux Noël et bonne année

jeudi le 19 décembre