Sinterklaas

SINTERKLAASQUIZ!


De winnaar krijgt iets LEKKERS!
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

SINTERKLAASQUIZ!


De winnaar krijgt iets LEKKERS!

Slide 1 - Diapositive

Waar komt Sinterklaas vandaan?
A
Spanje
B
Turkije
C
Sint Nicolaasga

Slide 2 - Quiz

Zie ginds komt de stoomboot is het bekendste Sinterklaasliedje.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quiz

Op welke datum is
Sinterklaas jarig?
A
1 december
B
5 december
C
24 december
D
5 november

Slide 4 - Quiz

Krijgen
A
Wij krijgt cadeautjes.
B
Wij krijg cadeautjes.
C
Ik krijgt cadeautjes.
D
Hij krijgt cadeautjes.

Slide 5 - Quiz

Eten
A
Ik eten pepernoten.
B
Wij eet marsepein
C
Ik eet chocola.
D
Jij eten taai taai

Slide 6 - Quiz

Zingen
A
De kinderen zingen liedjes.
B
Opa zing een liedje.
C
wij zingt een liedje.
D
Jaap zingen de liedjes.

Slide 7 - Quiz

Strooien
A
Piet strooien pepernoten.
B
Piet strooi pepernoten.
C
Piet strooie pepernoten.
D
Piet strooit pepernoten.

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Vidéo

Ik geef het boek .....................................
Berat maakt .....................................
Vader bakt veel  .....................................
Chaima eet .......................................
aan sinterklaas
een verlanglijstje
pepernoten
pepernoot

Slide 10 - Question de remorquage

Wie is dit?
A
De kerstman
B
Piet
C
Sint Maarten
D
Sinterklaas

Slide 11 - Quiz

Wat is dit?
A
Pepernoot
B
Sint
C
Chocoladeletter
D
Cadeau

Slide 12 - Quiz

Hoe heet het ding dat sinterklaas op zijn hoofd draagt?

Slide 13 - Question ouverte

Vul de schoenen met het juiste cadeautje

Slide 14 - Question de remorquage

Wat is het werkwoord in deze zin?
Piet draagt een zak vol pepernoten.

Slide 15 - Question ouverte

Slide 16 - Lien

Hoeveel letters heeft het woord Sinterklaas?
A
10
B
11
C
12
D
9

Slide 17 - Quiz

De intocht van Sinterklaas is dit jaar in...
A
Zwolle
B
Gorinchem
C
Amsterdam
D
Den Haag

Slide 18 - Quiz

Piet heeft 45 pepernoten, hij verliest er 10, maar vindt er ook weer 5, hoeveel pepernoten heeft piet?

Slide 19 - Question ouverte

Vanaf de 15e eeuw werd voor
het eerst de schoen gezet.
Dat was in de kerk ...
A
voor de kinderen
B
voor de armen
C
voor de rijken
D
voor volwassenen

Slide 20 - Quiz

Welke snoepgoed hoor je
NIET te eten met Sinterklaas?
A
Chocoladeletter
B
Pepernoten
C
Oliebollen
D
Chocolademunten

Slide 21 - Quiz

Met wat voor een boot komt Sinterklaas naar Nederland?
A
Roeiboot
B
Vrachtschip
C
Stoomboot
D
Zeilboot

Slide 22 - Quiz

Waarin houdt Sinterklaas bij
of je wel lief bent geweest dit jaar?
A
Hij heeft daar een app voor.
B
Dat doet de hoofdpiet voor hem.
C
Op zijn tablet.
D
In het grote boek.

Slide 23 - Quiz

Hoe wordt 5 december in Suriname genoemd?
A
Kinderdag
B
Sinterklaas
C
Kerst
D
Familiedag

Slide 24 - Quiz

Wat is de officiele naam van Sinterklaas?
A
Sint Nico
B
Sint Maarten
C
Sint Nicolaas
D
Sinterklaas

Slide 25 - Quiz

Wat was het beroep van Sinterklaas?
A
Dominee
B
Priester
C
Bisschop
D
Pastoor

Slide 26 - Quiz

Vanaf de 15e eeuw werd voor het eerst de schoen gezet. Dat was in de kerk...
A
Voor de kinderen
B
Voor de armen
C
Voor de rijken
D
Voor volwassen

Slide 27 - Quiz

Vanaf de zestiende eeuw werd voor het eerst door kinderen thuis de schoen gezet. Wat kregen zij?
A
Geld
B
Schoolspullen
C
Speelgoed, snoep of zout (vooral voor jongens)
D
Niets

Slide 28 - Quiz

Op welke plekken werd Sinterklaas nog meer gevierd? Behalve Nederland.
A
Amerika
B
Curacao
C
Thailand
D
Rusland

Slide 29 - Quiz

Wat is zwaarder? 1000 gram pepernoten of 1 kg marsepein?
A
1000 gram pepernoten
B
1 kg marsepein
C
Ze zijn even zwaar
D
1 kg marsepein dat is toch logisch..

Slide 30 - Quiz

Welk woord is FOUT gespeld?
A
Speculaas
B
Pepernood
C
Marsepein
D
Chocoladeletter

Slide 31 - Quiz

Hoeveel chocoladeletters worden er ongeveer per jaar verkocht?
A
15.000
B
150.000
C
1.500.000
D
15.000.000

Slide 32 - Quiz

Plus de leçons comme celle-ci