hst 5 paragraaf 3 "beelden maken met een lens"

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vmbo g, t, mavo
• Leerjaar 3

hst5§3   "beelden maken met een lens"

Leerdoelen

• Je kunt kenmerken van positieve en negatieve lenzen benoemen. 
• Je kunt positieve en negatieve lenzen onderscheiden. 
• Je kunt onderscheid maken tussen een reëel beeld en een virtueel beeld. 
• Je kunt een beeld construeren, dat gevormd wordt door een positieve lens.
• Je kunt voorwerpsafstand en beeldafstand van een positieve lens beschrijven. 

vandaag

uitleg van 5.3 met filmpjes tussendoor

quizvragen

aan de slag

Soorten lenzen

Positieve lens

Een positieve (bolle) lens:

- vergroot 

- midden dikker dan de rand

- convergerende werking

- hoe boller de lens, des te 

   sterker (vergroot en

  convergeert meer) de lens.

Construeren

Met een bolle lens kun je een beeld maken van een voorwerp. 

Construeren

voorbeeld door docent.....

Onthouden !

• Een positieve lens is een bolle lens. 
• Een negatieve lens is een holle lens. 
• De  lichtstralen uit een bolle lens komen bij elkaar in het brandpunt. 
• Het brandpunt geef je aan met de hoofdletter F. 
• De afstand van de lens tot het brandpunt is de brandpunts-afstand. 
• Hoe kleiner de brandpunts-afstand, hoe sterker de lens. 
• Een positieve lens heeft een convergerende werking ( naar elkaar toe). 
• Een negatieve lens heeft een divergerende werking (van elkaar af).

Aan de slag

Lezen en maken 5.3

opdr 1 - 3 - 8 - 10 - 11 (evt online)

opdr 2 - 4 - 5 - 6 - 7 - 9 (in werkboek)

Dit beeld wordt gevormd
door een ....... lens.

1. Negatieve
2. Positieve

Wat is volgens jou de juiste definitie van het begrip brandpunt?

1. Dit is het punt waarna blussen geen zin meer heeft.
2. Dit is het punt bij een positieve lens waar de lichtstralen samen komen.
3. Dit is het punt bij een negatieve lens waar de lichtstralen samen komen.
4. Dit is de middelste 'lichtas' door een positieve lens.

Dit is een voorbeeld van
een ............ lichtbundel

1. convergente
2. divergente

Deze divergente
lichtbundel wordt
veroorzaakt door .... lens.

1. Negatieve
2. Positieve