3.2 materialen en stoffen (mavo)

3.2 materialen en stoffen
H3.2 Materialen
 en stoffen
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
W&TMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

3.2 materialen en stoffen
H3.2 Materialen
 en stoffen

Slide 1 - Diapositive

Een kachel kan je van verschillende stoffen maken. Deze kachel is gemaakt van....
A
metaal met een zachte buitenkant
B
hardhout met versteend rubber
C
klei met olieverf
D
onbrandbaar textiel

Slide 2 - Quiz

Slide 3 - Vidéo

Slide 4 - Vidéo

Materiaalkeuze
5 belangrijke materialen: 
hout, steen, metaal, glas, kunststof 

andere mogelijkheden:
papier, textiel, leer, rubber, kurk, keramiek, klei

Slide 5 - Diapositive

Eigenschappen
- moeten passen bij gebruik van een voorwerp 

VB: 


Ijzer: sterk, slijt niet snel
Stof: comfortabel, zacht

Slide 6 - Diapositive

Stofeigenschappen
- Kenmerken die horen bij die bepaalde stof ongeacht hoeveel je ervan hebt

VB
kleur, geur, smaak, dichtheid, giftigheid, brandbaarheid, hardheid,
kook- & smeltpunt (punt dat een stof begint met koken/smelten),
fase bij een bepaalde temperatuur

Fase = toestand van een stof
vaste stof, vloeibare stof, gasvormige stof

Slide 7 - Diapositive

Hardhout:
Loofbomen - groeit langzaam - duur

eiken, beuken, mahonie, teak

Voordelen: gaat lang mee, duurzaam, kras/deuk bestendig
Nadelen: duur in aanschaf, groeit langzaam 
Zachthout:
Naaldbomen - groeit snel - goedkoop

Dennenbomen: grenenhout 
Fijnspar: vurenhout

Voordelen: goed te bewerken
Nadelen: rot snel, niet duurzaam,
niet kras/deukbestendig

Slide 8 - Diapositive

Metalen
magnesium, goud, ijzer, lood, aluminium hebben allemaal een verschillende dichtheid

Eigenschappen van metalen kun je gebruiken.
VB koper is de beste stroomgeleider

Mengsel van verschillende metalen: legering
VB: ruw ijzer, chroom, nikkel en koolstof --> roestvast staal (RVS)

Slide 9 - Diapositive

Legeringen
Een legering heeft andere stofeigenschappen dan de afzonderlijke metalen

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Aan de slag!

Maak opdracht 2 t/m 17.

Neem weer je werkboek, iPad (opgeladen), schrift en pen mee. 

Slide 12 - Diapositive

Kunststoffen
Gemaakt uit aardolie

Eigenschappen:
Licht, sterk, geleiden geen stroom, roest niet,
weinig onderhoud, rot niet 

Slide 13 - Diapositive

3 soorten kunststoffen
Thermoplasten:
zacht bij verhitting, giet in vorm, wordt hard bij afkoelen. VB PET fles


Thermoharders:
blijven hard, zelfs onder hoge temperatuur, direct in juiste vorm gemaakt. VB Stopcontact


Elastomeren: Blijft flexibel. VB Kunstrubber

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Soorten textiel
Plantaardige vezels
Jute
Jute komt van de juteplant. Jute kan slecht tegen de zon en gaat snel rotten. Er worden matten, zakken en gordijnstoffen van gemaakt.
Hennep
Hennep komt van de hennepplant. Hennep kan goed tegen het weer buiten. Daarom worden er touwen, zeildoeken en brandslangen van gemaakt.
Katoen
Katoen is een natuurlijke stof die je overal ziet (broeken, jasjes shirts). Het wordt gemaakt van de katoenplant.
Linnen
Linnen wordt gemaakt uit vezels van de vlasplant. Linnen is sterker dan katoen en nat linnen is nog sterker. Het kreukt wel snel. Zomerkleding wordt vaak gemaakt van linnen, omdat het lekker koel is.

Slide 16 - Diapositive

Soorten textiel
Dierlijk
Wol
Verschillende dieren hebben wol of haren, waarvan een draad kan worden gemaakt. De meeste wol komt van een schaap, maar er wordt ook wol gemaakt van een geit, een konijn en van een kameel.
Van wol wordt kleding gemaakt en dekens. Wol is erg warm bij het dragen.
Zijde
Zijde komt van de cocons van de zijderups. De cocon is gemaakt van een hele fijne, dunne draad. Deze draad is wel 3000 meter lang. 
Zijde heeft een witte kleur en een mooie glans. Van zijde worden bruisjurken gemaakt, andere kleding en sjaals.

Slide 17 - Diapositive

Soorten textiel
synthetisch
Acryl
Acryl wordt gemaakt van aardolie gemixt met chemische stoffen. Acryl wordt ook wel nep-wol genoemd. Het voelt aan als wol, maar slijt minder snel. Acryl draagt fijn, want het kriebelt niet.
Lycra of Elasthan
De vezels van lycra zijn zeer elastisch. Lycra heeft veel rek. Het is glanzend en doorzichtig van zichzelf. Het wordt veel gebruikt voor zwemkleding, sportkleding, panties en sokken.
Half-syntetisch: Viscose
Viscose is half-synthetisch. Het komt deels uit de natuur (hout). Dit wordt gemixt met chemische stoffen.
Deze stof zweet niet zo heel veel. Het wordt gebruikt voor jurken, blouses en hemdjes.
Polyester
(spreek uit als polie-ester)
Polyster wordt gemaakt van aardolie, gemixt met chemische stoffen. Door dit te verhitten ontstaan stroperige draden.
Polyster wordt vaak gebruikt voor sportkleding.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Composieten
materiaal samengesteld uit meerdere materialen: 

Waarom?

Slide 20 - Diapositive

Daarnaast willen we het mooi houden!
Daarvoor kan je gaan schoonmaken. 
Wat zie je wel eens staan op
 schoonmaakmiddelen?

Slide 21 - Diapositive

Huiswerk
maken opdrachten H3.2
opdracht 18 t/m 31. 


Slide 22 - Diapositive