2BC. 5.3 Variaties in genotypen

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, g
• Leerjaar 2

Goedemorgen!

Vandaag:

* Lezen & huiswerkcontrole

* Uitleg basisstof 5.4 Variaties in genotypen

* Maken opdrachten / Blooket

Lezen basisstof 5.5 Variaties in genotypen

Begin met lezen van basisstof 5 op:

bladzijde 122 t/m 124

Leerdoelen basisstof 5.3 

1. Je kunt omschrijven hoe door geslachtelijke voortplanting variatie in genotype ontstaat.

2. Je kunt omschrijven wat een mutatie is

Lichaamscel vs geslachtscel

In een lichaamscel:

- Komen de chromosomen in paren voor

- Zit in elke cel dezelfde erfelijke informatie

In een geslachtscel:

- Komen de chromosomen enkelvoudig voor

- Komen er veel verschillende genotype voor

Genenpaar

Je vader en je moeder hebben niet precies

dezelfde erfelijke eigenschappen.

Bij de bevruchting krijg je van elke

ouder 1 chromosoom.

Daardoor kan de informatie op de twee chromosomen van 

een paar verschillend zijn. 

Genenpaar

Voorbeeld: 

vader heeft bruine ogen

moeder heeft blauwe ogen

Jij krijgt: 1 chromosoom voor blauwe ogen

en 1 chromosoom voor bruine ogen

De twee chromosomen van een paar bestaan uit dezelfde genen. De informatie van die twee genen kan verschillend zijn.

Variatie

Welke gen van een paar terecht komt in een geslachtscel is toeval. 

Hierdoor heeft een

nakomeling een andere

combinatie genen dan

ouders

Mutaties

Het DNA in chromosomen kan beschadigd raken.

Door de beschadiging verandert de informatie voor een erfelijke eigenschap. 

Een plotselinge vernadering in het genotype noem je een mutatie.

Mutant

Een organisme waar een mutatie te zien is aan de buitenkant, noem je een mutant.

Voorbeeld van een mutant 

is een albino.

Mutagene invloeden

Kanker

Soms vinden mutaties plaats in genen die de celdeling regelen. 

Hierdoor kan de cel ongeremd gaan delen.

Dan ontstaat er een tumor of gezwel. 

Er zijn tumoren waarbij de cellen 

zich heel snel delen, en de tumor 

hard groeit. Dit heet kanker.

Opdrachten bij deze basisstof:

Opdrachten die horen bij basisstof 5.3 Variaties in genotypen:

Opdracht 1 t/m 9

Over 10 minuten doen we opdracht 4 samen