les 12,13,14

Noteer het meervoud:
muis

1 / 26

Slide 1: Question ouverte

NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

Noteer het meervoud:
muis

Slide 1 - Question ouverte

bmx

Slide 2 - Question ouverte

havik

Slide 3 - Question ouverte

Slide 4 - Question ouverte

tante

Slide 5 - Question ouverte

melodie

Slide 6 - Question ouverte

porie

Slide 7 - Question ouverte

bangerik

Slide 8 - Question ouverte

Les 13
Hoe schrijf je het bijvoeglijk naamwoord in de meeste gevallen?

Slide 9 - Question ouverte

Wat is de regel als je het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord gebruikt?

Slide 10 - Question ouverte

Schrijf de juiste vorm:
Het (verwoesten) beeld.

Slide 11 - Question ouverte

Het (besteden) bedrag

Slide 12 - Question ouverte

Het (bezetten) toilet

Slide 13 - Question ouverte

Naast de stellende trap heb je nog twee vormen. Hoe heten ze? Schrijf ze onder elkaar.

Slide 14 - Question ouverte

Wat is de vergrotende en de overtreffende trap van goed. Schrijf het onder elkaar.

Slide 15 - Question ouverte

Wat gebeurt er met de overtreffende trap als een woord op -sd of -st of -isch eindigt?

Slide 16 - Question ouverte

H 14
Spel onderstaand woord op de juiste manier:
er bo ven op

Slide 17 - Question ouverte

terecht komen

Slide 18 - Question ouverte

gouden oor bellen

Slide 19 - Question ouverte

Tussenletter? Spel het woord op de juiste manier?
lieveling schrijver

Slide 20 - Question ouverte

aanpassing problematiek

Slide 21 - Question ouverte

station chef

Slide 22 - Question ouverte

Maak de juiste samenstelling:
beer sterk

Slide 23 - Question ouverte

krokodil tranen

Slide 24 - Question ouverte

benzine pomp

Slide 25 - Question ouverte

gewoonte dier

Slide 26 - Question ouverte