Oefentoets 'Leesvaardigheid'

LEZEN
Verbanden en signaalwoorden
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

LEZEN
Verbanden en signaalwoorden

Slide 1 - Diapositive

om te beginnen
is een signaalwoord voor het tekstverband
A
opsomming
B
tegenstelling
C
voorbeeld

Slide 2 - Quiz

toch
is een signaalwoord voor het tekstverband
A
opsomming
B
tegenstelling
C
voorbeeld

Slide 3 - Quiz

Lees (en beluister) de tekst

Slide 4 - Diapositive

Wat is het onderwerp van de tekst?
A
mbo-opleidingen in Nederland
B
onwenselijke situatie
C
stage mbo
D
stage voor illegale jongeren

Slide 5 - Quiz

Wat is volgens alinea 1 het tegenovergestelde van illegaal?

Slide 6 - Question ouverte

Hoeveel problemen noemt alinea 2?

Slide 7 - Question ouverte

Wat is het doel van de tekst?
A
instrueren
B
informeren
C
adviseren

Slide 8 - Quiz

Lees (en beluister) de tekst

Slide 9 - Diapositive

Wat wordt opgesomd bij nummer 4?

Slide 10 - Question ouverte

Aan welke twee signaalwoorden herken je de opsomming bij nummer 4?

Slide 11 - Question ouverte

Hoe kun je bij nummer 5 zien dat er iets opgesomd wordt?

Slide 12 - Question ouverte

Welk signaalwoord voor tegenstelling staat bij nummer 6?

Slide 13 - Question ouverte

Uit hoeveel delen bestaat de opsomming bij nummer 7?

Slide 14 - Question ouverte

Waarvan worden voorbeelden gegeven bij nummer 8?

Slide 15 - Question ouverte

Voor welk publiek is de tekst geschreven?
A
voor bedrijven die stagiaires zoeken
B
voor jongeren van het vmbo
C
voor ouders van jongeren

Slide 16 - Quiz

Welk verband hoort bij de signaalwoorden: hoewel en toch?
A
opsomming
B
tegenstelling
C
voorbeeld

Slide 17 - Quiz

Welk verband hoort bij de signaalwoorden: zoals en zo?
A
opsomming
B
tegenstelling
C
voorbeeld

Slide 18 - Quiz

Welk verband hoort bij de signaalwoorden: ook en verder?
A
opsomming
B
tegenstelling
C
voorbeeld

Slide 19 - Quiz

Lees de tekst.

Slide 20 - Diapositive

Wat is
het onderwerp
van de tekst?

Slide 21 - Question ouverte

Wat voor
soort tekst
is dit?
A
een handleiding
B
een reclametekst
C
een voorlichtingstekst

Slide 22 - Quiz

Noteer de opsomming
uit de tweede zin
van alinea 1.

Slide 23 - Question ouverte

In alinea 2 staat een tegenstelling.
Aan welk signaalwoord zie je dit?

Slide 24 - Question ouverte

Noteer twee redenen uit alinea 2 waarom je waarschijnlijk wel een stageplek vindt die bij je past.

Slide 25 - Question ouverte

Wat is het verschillen tussen een snuffelstage en een mbo-stage?

Slide 26 - Question ouverte

In alinea 3 staat een voorbeeld. Aan welk signaalwoord
kun je dit zien?

Slide 27 - Question ouverte

In alinea 4 staan twee opsommingen.
Waarvan zijn dit opsommingen?

Slide 28 - Question ouverte

Het woord 'daarnaast' in alinea 5 geeft een opsomming aan. Noteer wat er opgesomd wordt.

Slide 29 - Question ouverte