leesvaardigheid les 4 - herhaling signaalwoorden - 2016-I tekst 4 (voorbeelden + meningen herkennen)

Comment lire un texte sans tout comprendre
Leesvaardigheid 
vwo 4
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Comment lire un texte sans tout comprendre
Leesvaardigheid 
vwo 4

Slide 1 - Diapositive

Tips & tricks
Je hoeft niet alles te weten / te begrijpen
om de vraag juist te kunnen beantwoorden.
Doel van de lessenreeks 
Leesvaardigheid

Slide 2 - Diapositive

Tips & tricks
Basis:
  • signaalwoorden herkennen & weten wat zij aangeven (lijst met signaalwoorden + zinsverbanden)
  • in grote lijnen begrijpen waar de tekst over gaat (skimmen versus scannen)
Wat we al hebben behandeld

Slide 3 - Diapositive

Tips & tricks
Basis:
  • voorbeelden kunnen herkennen
  • meningen kunnen herkennen 
Wat we vandaag behandelen

Slide 4 - Diapositive

Doel:
Ik herhaal signaalwoorden + tekstverbanden 
(a.d.h.v. de lijst / gelezen teksten)
Ik weet hoe ik voorbeelden of meningen kan herkennen in een leestekst. 

Slide 5 - Diapositive

Herhaling 
signaalwoorden + zinsverbanden

Slide 6 - Diapositive

Signaalwoorden+  + zins
Aaneenschakeling
Et – en
Aussi – ook
D’abord – ten eerste
Ensuite – vervolgens
Enfin / finalement – ten slotte
Tijd
Aujourd’hui – vandaag
Pendant – gedurende
Après – daarna
Uitleg
Car / parce que – want / omdat
C’est pourquoi / c’est que – daarom
Comme ça – zo / op die manier

Voorbeeld
Par exemple – bijvoorbeeld
Comme – zoals
Comme si – alsof (maar het is niet zo)
Conclusie
Bref – kortom
En résumé – samenvattend
Donc / alors – dus
Tegenstelling
Mais – maar
Pourtant – toch
Alors que / tandis que – terwijl

Slide 7 - Diapositive

Wat is de betekenis en het verband van 'après'?
A
daarna - tijd
B
gedurende - tijd
C
kortom - conclusie
D
samenvattend - conclussie

Slide 8 - Quiz

Wat is de betekenis en het verband van 'bref'?
A
daarna - tijd
B
gedurende - tijd
C
kortom - conclusie
D
samenvattend - conclussie

Slide 9 - Quiz

Wat is de betekenis en het verband van 'c'est que'?
A
ten eerste - aaneenschakeling
B
vervolgens - aaneenschakeling
C
daarom - uitleg
D
want/omdat - uitleg

Slide 10 - Quiz

Wat is de betekenis en het verband van 'd'abord'?
A
ten eerste - aaneenschakeling
B
vervolgens - aaneenschakeling
C
daarom - uitleg
D
want/omdat - uitleg

Slide 11 - Quiz

Sleep de signaalwoorden naar het juiste verband
aaneenschakeling
tegenstelling
uitleg
conclusie
d'abord
mais
car
bref
aussi
ensuite
pourtant
donc
alors
en résumé
finalement
alors que
c'est que
comme ça
tandis que
parce que

Slide 12 - Question de remorquage

Herkennen van
 voorbeelden & meningen

Slide 13 - Diapositive

Welke signaalwoorden geven een voorbeeld aan?

Slide 14 - Carte mentale

We hebben net veel signaalwoorden herhaald, waaronder ook signaalwoorden die een voorbeeld aangeven:

ainsi - zo, op die manier
Paris est une ville aux multiples facettes. Ainsi, vous pouvez visiter le cimetière Père Lachaise.

comme (si) - zoals 
Vous pouvez également profiter des musées, comme le Louvre.

par exemple - bijvoorbeeld
Vous y trouverez des oeuvres d'art célèbres , par exemple La Vénus de Milo.

tel que - zoals
Vous y trouverez des peintures magnifiques tel que la Joconde de Da Vinci.

Slide 15 - Diapositive

Een ander signaal dat een voorbeeld aangeeft,
 is de dubbele punt

Slide 16 - Diapositive

Hoe herken je een mening in een zin?

Slide 17 - Carte mentale

Herkennen van een mening
De dubbele punt wordt ook gebruikt als er een persoon aan het woord is, dan gaat het om een mening.
 Verder kan je een mening makkelijk herkennen aan de naam van de persoon, gevolgd door aanhalingstekens.
Selon Ilias les connecteurs sont très utiles.
Ilias: « Les connecteurs sont très utiles. »
On demande l'avis de l'expert Ilias, il nous dit: « Les connecteurs sont très utiles. »

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Lien

Waaraan kun je in een Franse tekst geen voorbeeld herkennen?
A
par exemple
B
comme
C
par conséquent
D
comme si

Slide 20 - Quiz

Waaraan kun je in een Franse tekst geen mening herkennen?
A
selon
B
après
C
naam + :
D
d'après

Slide 21 - Quiz

Toepassen in een tekst
Herkennen van voorbeelden en meningen
Tekst 4 (Examen HAVO 2016)
"Ils sont payés pour jouer" 

Slide 22 - Diapositive

Zo meteen lezen we een tekst over e-sport.
Ter activering van onze eventuele voorkennis, kijken we eerst volgend kort filmpje over dit onderwerp

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Wie is er aan het woord in alinea 2?
Waaraan herken je wat hij zegt?
timer
2:00

Slide 25 - Question ouverte

Wat zegt Stephano in alinea 2?
Geef antwoord in het Nederlands.
timer
2:00

Slide 26 - Question ouverte


Op basis van wat Stephano zegt, kunnen we al twee vragen bij de leestekst.

Slide 27 - Diapositive

Een professionele gamer is jong en heeft al veel speelervaring.
Over welke twee kwaliteiten moet hij of zij beschikken om succesvol te kunnen zijn volgens de tweede alinea? (9)
timer
0:30

Slide 28 - Question ouverte

« Après ma … les jours. » (lignes 42-43)
Par quel(s) mot(s) est-ce que cette phrase aurait pu commencer ? (10)
timer
0:30
A
Ainsi,
B
En plus,
C
Mais
D
Même

Slide 29 - Quiz

De overige vragen bij deze tekst (8-11-12-13) probeer je nu zelfstandig te beantwoorden.

Slide 30 - Diapositive

Ik weet nu hoe ik voorbeelden en meningen kan herkennen in een Franse tekst.
A
Ja, ik vind dit makkelijk
B
Ja, maar ik vind dit nog moeilijk
C
Nee, ik begrijp dit nog niet

Slide 31 - Quiz