‹Revenir à la recherche

MHV 2 NK Kapitel 3 & 4 - Woche 13

MHV 2 
Woche 13
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

MHV 2 
Woche 13

Slide 1 - Diapositive

Guten Tag
Wie geht es euch?

Slide 2 - Diapositive


  • boek/schrift/pen/Ipad op tafel 
  • oortjes uit
  • kauwgom uit

Slide 3 - Diapositive

Lernziele dieser Woche:
Je kent de regels  van de lidwoorden in het Duits
Je kent de uitgangen van de zwakke werkwoorden (esttenten)
Je kent de voltooid deelwoorden van de zwakke werkwoorden




Slide 4 - Diapositive

An die Arbeit!
WORTSCHATZ

Was?     Wörterliste

Wie?      alleine im Buch
Hilfe?    keine 
Zeit?      5 Minuten
Fertig?   






w
timer
5:00

Slide 5 - Diapositive

Aber zuerst.....ein Filmchen!

Verrückt nach Brot!

 





Slide 6 - Diapositive

Beantwoord de volgende vragen:
  1. Hoeveel soorten brood zijn er in Duitsland?
  2. Waarom gingen in de Middeleeuwen gingen bakkersleerlingen op reis?
  3. Hoeveel mensen werken er in de bakkerij?
  4. Kan Max zo in de bakkerij werken?

Slide 7 - Diapositive

apps.noordhoff.nl

Slide 8 - Lien

Regels der die das?
Hoe zat het ook alweer?

Welke lidwoorden kent het Duits en noem per lidwoord 2 regels.

Slide 9 - Diapositive

Regels lidwoorden
der
die
das

Slide 10 - Diapositive

timer
1:00
die
der
das
Fleisch
Fisch
Pfeffer
Marmelade
Kartoffel
Gemüse
Obst
Suppe
Joghurt
Milch
Brot
Apfel

Slide 11 - Question de remorquage

das - woorden (onzijdig)
  • Veel woorden die in het in Nederlands het-woorden zijn --> das Kind, das Haus, das Flugzeug, das Licht

  • Verkleinwoorden die eindigen op -chen --> das Mädchen, das Brötchen, das Häuschen, das Vögelchen

Slide 12 - Diapositive

DER - woorden
mannelijke personen, dieren, beroepen
dagen
maanden
jaargetijden

Slide 13 - Diapositive

die - woorden
Zelfstandig naamwoord VROUWELIJK    -->     lidwoord = DIE    (enkelvoud)

- Woorden (dingen) op -e zijn bijna altijd vrouwelijk.
      die Pause, die Toilette                                (uitzondering: der Junge)
- Vrouwelijk persoon of dier of beroep:  
      die Mutter, die Tante, die Schwester, die Lehrerin, die Kuh
- Woorden die eindigen op -in, –heit, -keit, -schaft, -ung     
      die Lehrerin, die Mannschaft, die Gesundheit, die Fröhlichkeit, die Lesung



Slide 14 - Diapositive

.... Spinne
.... Lehrer
.... 
Kind
.... 
Augen
die
das
die (meervoud)
der

Slide 15 - Question de remorquage

Regels meervoud in het Duits

Slide 16 - Diapositive

Plural (meervoud)
Regel 1
Om het meervoud te maken krijgen mannelijke woorden:

Umlaut + e


Beispiel (voorbeeld):
de bal = der Ball
de ballen = die Bälle

Slide 17 - Diapositive

Plural (meervoud)
Regel 2
Om het meervoud te maken krijgen mannelijke én onzijdige woorden, die eindigen op -el, -en en -er:

   ----


Beispiel (voorbeeld):
het meisje = das Mädchen
de meisjes = die Mädchen

Slide 18 - Diapositive

Plural (meervoud)
Regel 3
Om het meervoud te maken krijgen vrouwelijke woorden:

   + (n) (e) n


Beispiel (voorbeeld):
die Straße > die Straßen        (=de straat)
die Prüfung > die Prüfungen   (=de toets)
die Lehrerin > die Lehrerinnen (=de lerares)

Slide 19 - Diapositive

Plural (meervoud)
Regel 4
Om het meervoud te maken krijgen (veel) woorden die eindigen op -a, -i, -o en -y:

   + s


Beispiel (voorbeeld):
das Handy > die Handys            (=het mobieltje)
das Geschenk > die Geschenke (=het cadeau)

Slide 20 - Diapositive

Plural (meervoud)
Regel 5
Om het meervoud te maken krijgen (veel) onzijdige woorden :

   + e


Beispiel (voorbeeld):
das Geschenk > die Geschenke (=het cadeau)

Slide 21 - Diapositive

mannelijk meervoud
vrouwelijk meervoud
onzijdig meervoud
m/o meervoud eindigend op -el/-er/-en
woorden op a, i, o, y
blijft gelijk
+ e
+s eraan vast
+ (e)n
Umlaut
+ e

Slide 22 - Question de remorquage

An die Arbeit!
Aufgaben 1. Teil nachsehen

Was?     
- Regeln der/die/das
- Regeln Plural (meervoud)
Wie?      alleine im Buch
Hilfe?    keine 
Zeit?      15 Minuten
Fertig?   Wörter lernen






w
timer
30:00

Slide 23 - Diapositive

Lernziele erreicht?
Je kent de regels van de lidwoorden, die behandeld zijn
Je kent de regels van het meervoud in het Duits

Slide 24 - Diapositive

Guten Tag
Wie geht es euch?

Slide 25 - Diapositive


  • boek/schrift/pen/Ipad op tafel 
  • oortjes uit
  • kauwgom uit

Slide 26 - Diapositive

Lernziele dieser Woche:
Je kent de uitgangen van de zwakke werkwoorden (esttenten)
Je kent de voltooid deelwoorden van de zwakke werkwoorden




Slide 27 - Diapositive

An die Arbeit!
WORTSCHATZ

Was?     Wörterliste

Wie?      alleine im Buch
Hilfe?    keine 
Zeit?      5 Minuten
Fertig?   






w
timer
5:00

Slide 28 - Diapositive

An die Arbeit!
Grammatik - die schwachen Verben

Was?     

Wie?      zusammen, an der Tafel
Hilfe?    keine 
Zeit?      10 Minuten
Fertig?   






w
timer
10:00

Slide 29 - Diapositive

Sleep de woorden naar het juiste vak
Zwakke werkwoorden
sterke werkwoorden
spielen
gehen
schlafen
tanzen

Slide 30 - Question de remorquage

Zwakke werkwoorden

Slide 31 - Diapositive

Het zwakke werkwoord
Wohnen

Basisregel
Stam op -d / -t
Stam op s-klank
ich
e
e
e
du
st
est
t
er / sie / es
t
et
t
wir
en
en
en
ihr
t
et
t
sie / Sie
en
en
en

Slide 32 - Diapositive

het zwakke werkwoord wohnen 
ich
du
er-sie-es
wir
ihr
sie - Sie
wohne
wohnst
wohnt
wohnen
wohnt
wohnen

Slide 33 - Question de remorquage

het zwakke werkwoord feESTTENTEN
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
spielen
liebt
lerne
lebst
macht
besuchen

Slide 34 - Question de remorquage

An die Arbeit!
Aufgaben 2. Teil nachsehen

Was?     
- Regeln der/die/das
- Regeln Plural (meervoud)
Wie?      alleine im Buch
Hilfe?    keine 
Zeit?      15 Minuten
Fertig?   Wörter lernen






w
timer
30:00

Slide 35 - Diapositive

www.bookwidgets.com

Slide 36 - Lien

Lernziele erreicht?
Je kent de uitgangen van de zwakke werkwoorden (esttenten)
Je kent de voltooid deelwoorden van de zwakke werkwoorden




Slide 37 - Diapositive

Plus de leçons comme celle-ci

MHV 2 NK Kapitel 3 & 4 - Woche 14

- Leçon avec 27 diapositives
DuitsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

M2 Kapitel 4 - week 14

- Leçon avec 39 diapositives
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

M2 Kapitel 3 - week 15

- Leçon avec 21 diapositives
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

H2 Kapitel 4 - Week 12

- Leçon avec 48 diapositives
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

M2 Kapitel 4 - week 15

- Leçon avec 48 diapositives
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

H2 Kapitel 3 - Week 2

- Leçon avec 32 diapositives
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

H2 Kapitel 3 - Week 4

- Leçon avec 34 diapositives
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

BK / M2 - Schritt 9 - 16 Schritt 10- week 11

- Leçon avec 46 diapositives
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2