oefenen toets Nederlands periode 3
1 / 20
La durée de la leçon est: 45 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Vidéo
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Een opsomming kun je onder andere herkennen aan signaalwoorden. Waaraan nog meer? Noteer twee verschillende dingen
Slide 4 - Question ouverte
Wat betekent het woord heisa?
Slide 5 - Question ouverte
Wat betekent het woord wijziging?
Slide 6 - Question ouverte
Wat betekent de uitdrukking 'dat is te gek om los te lopen'?
Slide 7 - Question ouverte
Wat betekent de uitdrukking 'voor gek staan'?
Slide 8 - Question ouverte
Slide 9 - Vidéo
Wat betekent de uitdrukking 'je mag een gegeven paard niet in de bek kijken'?
Slide 10 - Question ouverte
Bij welk woord uit de uitdrukking zoek je in het woordenboek de betekenis op?
met het verkeerde been uit bed stappen
met het verkeerde been uit bed stappen
Slide 11 - Question ouverte
Bij welk woord zoek je de uitdrukking:
men moet de huid niet verkopen voor de beer geschoten is
men moet de huid niet verkopen voor de beer geschoten is
Slide 12 - Question ouverte
Geef vier betekenissen van het woord schieten?
Slide 13 - Question ouverte
Wat betekent in 'blinde haat'?
Slide 14 - Question ouverte
is de pv in de volgende zin goed gebruikt?
Een rek met broeken in de etalage waren omgevallen
Een rek met broeken in de etalage waren omgevallen
Slide 15 - Question ouverte
Benoem de onderstaande woorden uit de zin.
Je hebt veel verschillende varianten van Monopoly.
Hebt
Monopoly
Je hebt veel verschillende varianten van Monopoly.
Hebt
Monopoly
Slide 16 - Question ouverte
Benoem de onderstaande woorden uit de zin.
32 In nieuwere versies wordt een pinpas gebruikt in plaats van speelgeld
versies
gebruikt
32 In nieuwere versies wordt een pinpas gebruikt in plaats van speelgeld
versies
gebruikt
