14 juni

Nakijken 
- opdracht 4,5 en 6 op blz. 215 en 216
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Nakijken 
- opdracht 4,5 en 6 op blz. 215 en 216

Slide 1 - Diapositive

Woordsoorten die je moet kennen:
  • zelfstandige naamwoord (zn)
  • lidwoorden (lw)
  • werkwoord (ww)
  • bijvoeglijk naamwoord (bn)
  • aanwijzend voornaamwoorden (aanw. vnw)
  • vragend voornaamwoorden (vr.vnw)

Slide 2 - Diapositive

Lidwoord (lw)
We kennen  drie lidwoorden (lw): de, het, een


Slide 3 - Diapositive

Het zelfstandig naamwoord (zn)
- dingen, namen , plaatsen, dieren,...
- lidwoord ervoor
- meervoud 

Slide 4 - Diapositive

Het bijvoeglijk naamwoord (bn)
Een bijvoeglijk naamwoord vertelt iets over een  zelfstandig naamwoord. 
Het geeft een eigenschap, kenmerk of toestand aan van een zelfstandig naamwoord. 

Er wordt info BIJGEVOEGD. 


Slide 5 - Diapositive

Werkwoorden (ww)
Zegt iets wat iets of iemand doet of overkomt: lachen, vervelen

splitsbare werkwoorden: woorden gesplitst als ze pv zijn: opeten.

Slide 6 - Diapositive

Het aanwijzend voornaamwoord (aanw.vnw.)


Het woord zegt het al; het aanwijzend voornaamwoord wijst (bijna) letterlijk iets of iemand aan.

deze, die, dit, dat, zulk (e), zo'n, dergelijke

Slide 7 - Diapositive

Het vragend voornaamwoord (vr.vnw)
Het vragend voornaamwoord verwijst naar personen of dingen die ergens naar 'vragen'. Staat meestal aan het begin van een vraag

wie, wat, welk (e), wat voor (een)

Slide 8 - Diapositive

Benoem de woordsoorten:
Woordsoorten zijn lastig.

'Woordsoorten' is een............
A
zn
B
ww
C
bn
D
lw

Slide 9 - Quiz

Benoem de woordsoorten:
Woordsoorten zijn lastig.

'lastig' is een..........
A
zn
B
ww
C
bn
D
lw

Slide 10 - Quiz

Benoem de woordsoorten:
Wie heeft de mooiste prijs gewonnen?
prijs is ..
A
vz
B
zn
C
bn
D
lw

Slide 11 - Quiz

Benoem de woordsoorten:
Wie heeft de mooiste prijs gewonnen?
gewonnen is ..
A
vz
B
zn
C
ww
D
lw

Slide 12 - Quiz

Welk woord is een bijvoeglijk naamwoord?
'Judith trok een vragend gezicht.'
A
vragend
B
trok
C
gezicht
D
Judith

Slide 13 - Quiz

Benoem de woordsoorten:
Wie heeft de mooiste prijs gewonnen?
heeft is ..
A
ww
B
zn
C
bn
D
vz

Slide 14 - Quiz

Wat is het vragend voornaamwoord?
A
het
B
is
C
wat
D
vragend

Slide 15 - Quiz


A
aanwijzend vnw
B
vragend vnw
C
onbepaald vnw

Slide 16 - Quiz

Maken
grammatica zinsdelen 6--> opdracht 4,5 en 6 op blz. 215 en 216
Grammatica woordsoorten 6 --> opdracht 1 t/m 4 blz. 217 en 218

Klaar? Spelling 6 --> opdracht 1 t/m 7, blz. 219 en 220

Slide 17 - Diapositive