Dierenquiz

Quiz
De grote dierenquiz

 
1 / 50
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-3

Cette leçon contient 50 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Quiz
De grote dierenquiz

 

Slide 1 - Diapositive

Categorie 1
Meerkeuze vragen
1 punt per juist antwoord

Slide 2 - Diapositive

Hoe heet een mannetjes bij?
A
dar
B
werkster
C
larve
D
koningin

Slide 3 - Quiz

Hoe heet een jong van een dolfijn?
A
jong
B
pulletje
C
kalf
D
welp

Slide 4 - Quiz

Hoe heet een mannetjes olifant?
A
stier
B
beer
C
keiler
D
bul

Slide 5 - Quiz

Hoe heet een vrouwtjes vos?
A
moervos
B
welp
C
rekel
D
pup

Slide 6 - Quiz

Categorie 2
Kies wat er op de puntjes moet staan
1 punt per juist antwoord

Slide 7 - Diapositive

Een beer van dit dier is een ...
A
mannetje
B
vrouwtje
C
jong

Slide 8 - Quiz

Een ooi van dit dier is een ...
A
mannetje
B
vrouwtje
C
jong

Slide 9 - Quiz

Een voedster van dit dier is een ...
A
mannetje
B
vrouwtje
C
jong

Slide 10 - Quiz

Een welp van dit dier is een ...
A
mannetje
B
vrouwtje
C
jong

Slide 11 - Quiz

Een woerd van dit dier is een ...
A
mannetje
B
vrouwtje
C
jong

Slide 12 - Quiz

Categorie 3
Open vragen
2 punten per juist antwoord

Slide 13 - Diapositive

Hoe noem je het jong van dit dier?

Slide 14 - Question ouverte

Hoe noem je het vrouwtje van dit dier?

Slide 15 - Question ouverte

Hoe noem je het mannetje (niet gecastreerd) van dit dier?

Slide 16 - Question ouverte

Categorie 4
Groepen dieren

Slide 17 - Diapositive

Een groep herten heet een ...
A
troep
B
koppel
C
roedel
D
groep

Slide 18 - Quiz

Een groep vogels heet een ...
A
bende
B
vlucht
C
zwerm
D
klucht

Slide 19 - Quiz

Een groep wilde zwijnen heet een ...
A
rotte
B
troep
C
groep
D
koppel

Slide 20 - Quiz

Bonusronde!

Slide 21 - Diapositive

Dit dier komt wel voor op de Veluwe
Dit dier komt niet voor op de Veluwe

Slide 22 - Question de remorquage


Welk dier hoort NIET bij 'the big five"?
A
Luipaard
B
Leeuw
C
Krokodil
D
Neushoorn

Slide 23 - Quiz

Hoeveel vleugels heeft een vlinder?
A
2
B
4
C
6

Slide 24 - Quiz

Vlinders hebben 4 vleugels. 
Ze hebben zowel links als rechts een boven- en een ondervleugel.

Slide 25 - Diapositive

Hoe hoog is de hoogste boom?
A
56m
B
85m
C
102m
D
116m

Slide 26 - Quiz

Hyperion is met 116m de hoogst bekende boom op aarde. Het is een kustsequoia, deze bomen kunnen in totaal 130m hoog worden!

Slide 27 - Diapositive

Alleen mannetjesmuggen steken
A
Juist
B
Onjuist

Slide 28 - Quiz

Alleen vrouwtjes steken. 
Het bloed gebruiken ze om hun eitjes te laten rijpen.

Slide 29 - Diapositive

Wie duikt het diepst?
A
Potvis
B
Keizerspinguïn
C
Mens (zonder duikersklok)
D
Dolfijn van Cuvier

Slide 30 - Quiz

En de winnaar is...
  1. Dolfijn van Cuvier (2992m)
  2. Potvis (2800m)
  3. Keizerspinguin (564m)
  4. Mens (332,35m)

Slide 31 - Diapositive

Welke vogel bereikt de hoogste snelheid?
A
Albatros
B
Struisvogel
C
Blauwgele ara
D
Slechtvalk

Slide 32 - Quiz

De slechtvalk kan in een duikvlucht wel 325km/h bereiken!

Slide 33 - Diapositive

Welke vogel komt ter wereld het meeste voor?
A
Mus
B
Kip
C
Kraai
D
Meeuw

Slide 34 - Quiz

Slide 35 - Vidéo

In welk land zijn koeien heilig? Geef alleen de naam van het land!

Slide 36 - Question ouverte

Hoeveel ogen heeft een spin?
A
twee, net als wij
B
Meestal zes, drie vóór en drie achter
C
Meestal acht
D
Een spin heeft helemaal geen ogen

Slide 37 - Quiz

Hoeveel stekels heeft een egel?
A
2.000
B
8.000
C
18.000
D
80.000

Slide 38 - Quiz



Egelbaby's hebben er in het begin ongeveer 100. 
Omdat ze zacht zijn, geeft het geen 
problemen bij de geboorte. 
Uiteindelijk heeft een volwassen egel
 wel 8.000 harde stekels!

Slide 39 - Diapositive

De wetenschappelijke naam van de spaanse wegslak is Arion vulgaris.

Wat betekent 'vulgaris'?
A
Smerig
B
Gewoon
C
Slijmerig
D
Slak

Slide 40 - Quiz

'Vulgaris' betekent gewoon. Veel soorten hebben 'vulgaris' in de naam en dat is meestal zo omdat die soort binnen zijn geslacht het makkelijkst te vinden is.
Foto: Akelei (Aquilega vulgaris)

Slide 41 - Diapositive

Hoe lang kan een ijsbeer onder water blijven?
A
31 seconden
B
72 seconden
C
103 seconden
D
126 seconden

Slide 42 - Quiz

Hoe snel is een konijn?
A
12 km/h
B
23 km/h
C
36 km/h
D
49 km/h

Slide 43 - Quiz

Welke vogel bereikt de hoogste snelheid?
A
Albatros
B
Struisvogel
C
Blauwgele ara
D
Slechtvalk

Slide 44 - Quiz

Waar slapen eekhoorns?
A
Onder de grond
B
Net als vleermuizen, ondersteboven aan een tak
C
In een nest in de boomtakken
D
Gewoon op de grond

Slide 45 - Quiz

Kan een olifant niezen?
A
Jazeker, en hoe!
B
Nee, hij werkt irritaties weg door water op te slurpen met zijn slurf
C
Nee, één keer trompetteren en alle irritaties zijn verdwenen
D
Nee. Dat hoeft ook niet, want door de lange slurf komen er geen irritaties binnen.

Slide 46 - Quiz

Slide 47 - Vidéo

Kunnen kwallen bevriezen?
A
Nee, ze zijn koudbloedig
B
Ja, dat kan
C
Nee, ze bestaan uit zout water en dat bevriest niet
D
Nee, er zijn in de winter geen kwallen

Slide 48 - Quiz

Hoe snel vliegen kolibries?
A
20 km/h
B
25km/h
C
30km/h
D
50km/h

Slide 49 - Quiz

Dit dier
is een heilig dier
in...
A
Jodendom
B
Islam
C
Christendom
D
Hindoeïsme en boeddhisme

Slide 50 - Quiz