Creatief schrijven & spelling les 3: overeenkomsten/bijvoeglijke naamwoorden

Creatief schrijven & Spelling
les 3
Nederlands Periode 1 VWO 1 2022-2023
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Creatief schrijven & Spelling
les 3
Nederlands Periode 1 VWO 1 2022-2023

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Lezen
10 minuten
timer
10:00

Slide 3 - Diapositive

terugblik
...je weet wat de kenmerken zijn van een sprookje.
...je weet het verschil tussen volkssprookje en cultuursprookjes.

Slide 4 - Diapositive

Aan het einde van deze les...


... heb je de theorie van de vorige les herhaald.
...heb je verschillen en overeenkomsten gevonden van het sprookje Roodkapje.

Slide 5 - Diapositive

Weten we het nog?
Wat heb je geleerd over hoofdpersonen in sprookjes?

Slide 6 - Carte mentale

Wat heb je geleerd over plaatsen in sprookjes?

Slide 7 - Carte mentale

Wat heb je geleerd over de opbouw van sprookjes?

Slide 8 - Carte mentale

Roodkapje

Slide 9 - Diapositive

Wat zijn de verschillende personages
in het sprookje Roodkapje

Slide 10 - Question ouverte

Wat zijn de overeenkomsten?

Slide 11 - Question ouverte

Welke personages komen voor in het gelezen verhaal van roodkapje?

Slide 12 - Question ouverte

Moraal, wijze (levens)les
Sprookje
Moraal
Roodkapje
Je moet luisteren naar wat je ouders zeggen
Sneeuwwitje en de 7 dwergen
Je moet niet zomaar aanwijzingen van vreemden opvolgen
Het lelijke eendje
Je moet nooit alleen naar de buitenkant van iemand kijken. Juist door naar de binnenkant te kijken zie je hoe mooi iemand is.
Hans en Grietje
Je moet nooit zomaar vreemde mensen vertrouwen
De nieuwe kleren van de keizer
Als je zo ijdel bent dat je geen weloverwogen beslissingen meer kunt nemen dan zul je daar uiteindelijk voor gestraft worden.
Assepoester
Als je goed bent voor anderen, dan krijg je dit vanzelf een keer terug. Tegelijkertijd laat het sprookje ook zien dat valsheid wordt bestraft

Slide 13 - Diapositive

Zelfstandige naamwoorden
  • Woorden waar je een lidwoord voor kunt zetten, noem je zelfstandige naamwoorden (znw of zn).
  • Namen zijn ook zelfstandige naamwoorden. 
  • Suzanne (naam) en Zwolle (plaats) zijn dus zelfstandige naamwoorden.
  • De blonde jongen
  • De dronken vrouw
  • De ronde tafel
  • Het lieve meisje

Slide 14 - Diapositive

Bijvoeglijke naamwoorden en woorden die ’kleur’ geven aan een verhaal
  • De prins gaf de prinses een kus.
  • De dappere prins gaf de mooie prinses een dikke kus.

  • De kabouter woont in een huis.
  • De stoere kabouter woont in een klein huisje aan de rand van het bos.

  • De heks keek naar Hans en Grietje.
  • De enge, lelijke heks loerde met hongerige ogen naar de vrolijk spelende Hans en Grietje.

  • De tovenaar ging naar de grot.
  • De stokoude, mysterieuze tovenaar rende bliksemsnel naar de grot die verscholen lag in de donkere bossen.

Slide 15 - Diapositive

Wat ging goed?

Slide 16 - Diapositive

Ik weet wat het moraal van een verhaal is
Ja
Nee
Een beetje

Slide 17 - Sondage

Ik weet wat kenmerken van een sprookje zijn
Ja
Nee
Een beetje

Slide 18 - Sondage

Ik weet wat bijvoeglijke naamwoorden zijn
Ja
Nee
Een beetje

Slide 19 - Sondage

Huiswerk
  • Kies drie van de sprookjes onder De mooiste sprookjes van Anderson.
  • https://www.andersenstories.com/nl/andersen_sprookjes/favorites

  • Opdracht: Lees samen met je buurman of buurvrouw het sprookje. Maak daarna samen slide 10 voor jezelf in LessonUp.


timer
10:00

Slide 20 - Diapositive

1. Welk sprookje heb jij gelezen?
2. Welke kenmerken heb je ontdekt in jullie gelezen sprookje?

Slide 21 - Question ouverte

Slide 22 - Diapositive