Herhalen H4
1 / 14
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Wat betekent duurzaam produceren?
A
Dat je nu in je behoefte kunt voorzien, maar ook denkt aan mensen in de toekomst.
B
Dat je geen afval meer aanbiedt.
C
Dat je zo min mogelijk vlees eet.
D
Dat je niet meer met de auto mag reizen.
Slide 2 - Quiz
Wat is afschrijving van een kapitaalgoed?
A
waardevermeerdering
B
Boekwaarde
C
Restwaarde
D
Waardevermindering
Slide 3 - Quiz
Wat is:
Machines die het zware werk van mensen makkelijker maken?
Machines die het zware werk van mensen makkelijker maken?
A
Mechanisatie
B
Automatisering
C
Industrie
D
BTW
Slide 4 - Quiz
Noem een concurrent van de Albert Heijn
Slide 5 - Question ouverte
Omzet = Winst
A
Juist
B
Onjuist
Slide 6 - Quiz
Wat is een bedrijfskolom?
A
Alle bedrijven die hetzelfde maken bij elkaar
B
Alle bedrijven die betrokken zijn bij de productie van een product
C
Alle bewerkingen die een product ondergaat
D
Alle winkels die een bepaald product verkopen
Slide 7 - Quiz
Nieuwe kennis van techniek en uitvindingen noem je
A
Automatisering
B
Technische ontwikkelingen
C
Technologische ontwikkelingen
D
Mechanisatie
Slide 8 - Quiz
Dit is een voorbeeld van:
A
Maatschappelijke kosten
B
Bedrijfskosten
Slide 9 - Quiz
Hoe noem je negatieve gevolgen van ons gedrag voor het milieu?
A
Milieuproblemen
B
Milieugedrag
C
Milieuverontreiniging
D
Milieuschade
Slide 10 - Quiz
Dit is een voorbeeld van:
A
Maatschappelijke kosten
B
Bedrijfskosten
Slide 11 - Quiz
Een computer neemt het werk over van de administratie.
A
Automatisering
B
Mechnisatie
Slide 12 - Quiz
Wat is GEEN productiefactor?
A
Arbeid
B
Productie
C
Natuur
D
Kapitaal
Slide 13 - Quiz
Productiesectoren
Agrarische sector
Industriële sector
Dienstverlenende sector
Tuinbouwbedrijf
Akkerbouwbedrijf
Melkveebedrijf
Autofabriek
Meubelmakerij
Kledingfabriek
Frietfabriek
Kledingwinkel
Reisbureau
Kapsalon
