29 oktober

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Wat doen we vandaag?

• Huiswerk: lezen en samenvatten  paragraaf 2.2
• Vragen 2.2?
• Toets!?
• Paragraaf 2.2: opdrachten.
  

Vragen paragraaf 2.2?

H2 Het oude Egypte

2.2 Het land van de farao

Leerdoel

Aan het eind van deze les kun je uitleggen hoe Egypte een staat werd, welke rol de farao speelde in het bestuur, hoe belangrijk de uitvinding van het schrift was en hoe het Egyptische rijk zich ontwikkelde.

Wat weten jullie over het Oude Egypte?

Egypte wordt één staat

• Irrigatielandbouw 
• Samenwerking is belangrijk
• Leiders verdeelden de taken
• Boeren betaalden belasting aan de leiders
• Daarmee betaalden zij ambtenaren, priesters en soldaten.
• irrigatie = kunstmatige bevloeiing

3000 v.C.

• Koning Narmer
• Beneden-Egypte
• Boven-Egypte
• één land onder één vorst
• Farao

                      Palet van Narmer -->

Beneden Egypte

Boven Egypte

Verklaar waarom Beneden-Egypte boven Boven-Egypte ligt.

Goddelijke farao

• De farao was een god, zoon van Osiris en Isis
• Het land was eigendom van de farao , daarom betaalden ze belasting in de vorm van landbouwproducten.
• Ambtenaren bewaarden deze producten in opslagplaatsen
  

Sociale lagen

Farao

Hoge ambtenaren,

priesters, 

legeraanvoerders

Soldaten

lage ambtenaren

Boeren

Kooplieden

Handwerkslieden

Slaven

Functies van het schrift

• Belangrijk om wetten op te schrijven
• Belangrijk om belastingopbrengsten bij te houden

Einde Prehistorie

Eenheid, verdeeldheid en veroveringen

• Een sterke farao zorgde voor eenheid 
• Onder een zwakke farao kon het land verdeeld raken: opstandige provincies 
• Soldaten om onderdanen te beschermen. 

Aan het werk.

• Herhaal 1.1 t/m 1.5
• Leer paragraaf 2.2
• Maak de opdrachten van paragraaf 2.2.
  
  

Dit is ook huiswerk.