4.4 Spieren

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Wat gaan we doen?

- Oefentoets -> 7,0 -> kennisclip -> 30 min

- Uitleg Spieren

- Nog vragen?

- Aan de slag!

- Einde (VOLGENDE WEEK SO)

4.4 Spieren

Thema 4 

Leerdoelen

1. Je kunt de werking van spieren beschrijven

2. Je kunt voorbeelden noemen van bewuste en onbewuste spierbewegingen

Welke 4 soorten beenverbindingen zijn er?

Welke 3 soorten gewrichten zijn er?

Spierstelsel

Aan de botten zitten spieren vast.

Door deze spieren kan je lichaam rechtop staan.

Hoe werkt een spier?

Spieren bestaan uit spiervezels

Spiervezels maken de spier sterk.

De spiervezels zitten in groepjes bij elkaar in een spierbundel. De spierbundels vormen de spier.

Denk aan een stuk touw, bestaat ook uit meerdere draden om elkaar heen gewikkeld

Lijkt op spiervezels!

Bouw spier

Een spier zit met pezen aan het bot vast.

De plek waar de pees vastzit aan het bot noem je de aanhechtingsplaats.

Pezen

Antagonistisch paar

Om je onderarm te bewegen heb je twee spieren nodig.

biceps (armbuigspier)

Triceps (armtrekspier)

Om de arm te buigen moet je

1. de biceps aanspannen
2. de triceps aanspannen
3. de biceps ontspannen
4. de biceps en de triceps aanspannen

De spieren met pezen
zitten vast aan de botten

1. juist
2. onjuist
3. soms wel
4. soms niet

Aan de slag! 

je mag kiezen:

Opdrachten 4.4

          1 t/m 8

VMBO-T: 1 t/m 9

Voorbereiden SO volgende week! samenvatting/oefentoets etc.