schelden

les 1: schelden
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

les 1: schelden

Slide 1 - Diapositive

Schrijf je mening op over de volgende stelling:
“Sticks and stones may break my bones but words will never hurt me”

Slide 2 - Diapositive

een dialoog?

Slide 3 - Diapositive

reageren op een casus:
leerling 1 legt uit hoe hij reageert op de stelling
leerling 2 stelt vragen waarom hij zo reageert
leerling 3 neemt een tegenovergestelde positie in en gaat de dialoog aan met leerling 1
leerling 4 en 5 observeren en geven feedback

Slide 4 - Diapositive

Een vriend van je heeft vroeger kanker gehad en loopt samen met jou naar de kantine. Terwijl jullie aan het lopen zijn hoor je iemand bij een tafelvoetbaltafel het volgende zeggen: jij bent echt kankerslecht. Hoe reageer je?

Slide 5 - Diapositive

wisselen van taak:
reageren op een casus:
leerling 1 legt uit hoe hij reageert op de stelling
leerling 2 stelt vragen waarom hij zo reageert
leerling 3 neemt een tegenovergestelde positie in en gaat de dialoog aan met leerling 1
leerling 4 en 5 observeren en geven feedback

Slide 6 - Diapositive

Je zegt tegen de leerling bij de voetbaltafel dat wat hij zei niet oké was. De leerling reageert: Maar ik bedoel er niets mee, het is maar een woord. Hoe reageer je?

Slide 7 - Diapositive

Wat neem je mee van deze les?

Slide 8 - Diapositive

les 2: schelden

Slide 9 - Diapositive

wat weet je nog van de vorige les?

Slide 10 - Diapositive

Mustafa is met een groep vrienden en merkt dat ze veel scheldwoorden gebruiken, waaronder ‘kanker’. Hij wil er eigenlijk iets van zeggen, maar is bang dat hij dan een ‘pussy’ is. 
Beantwoord de volgende vragen op papier:
1. Wat kan Mustafa doen?
2. Hoe kan Mustafa zijn mening geven zonder dat zijn vrienden hem raar vinden?
3. Heb jij wel eens in zo’n situatie gezeten? Hoe voelde dat?

Slide 11 - Diapositive

videofragment laten zien

Slide 12 - Diapositive

wat zou je kunnen zeggen in plaats van kanker om je punt duidelijk te maken? Schrijf een 3 voorbeelden op.
Weekdoel voor komende week: Lukt het je om een week niet te schelden?

Slide 13 - Diapositive