Cursus 3 Fictie §1 Setting en sfeer, havo 2

1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Open je theorieboek alvast op blz. 64-65
Je ipad blijft dicht!
Pak je leesboek erbij en zit klaar 
om te starten met lezen

§1 Setting en sfeer
Voordat we beginnen:
WELKOM H2
timer
10:00

Slide 2 - Diapositive

1. Starten met Cursus 3: Fictie.
2. Klassikaal door paragraaf 1 heen.
3. Oefenvragen in LessonUp.
4. Verder lezen in je boek.
5. Terugblikken en afronden.

Wat gaan we vandaag doen?

Slide 3 - Diapositive

  • Je weet wat de begrippen 'setting' en 'sfeer' betekenen.
  • Je kunt de setting en sfeer van een verhaal (jouw boek) beschrijven.
Lesdoelen

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Opzet fictie
Bij fictie krijg je steeds een stukje verhaal te lezen uit bestaande boeken. Daarover gaan we praten en vragen beantwoorden.

Hier een voorbeeld uit een lesboek.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Setting en sfeer
Verhalen spelen zich af in een bepaalde setting. De setting bestaat uit de plaats, tijd en omstandigheden die de achtergrond vormen waartegen het verhaal zich afspeelt. 

  • Plaats, bijvoorbeeld in een bepaald land, in een stad of in een dorp, in een restaurant, op school.
  • Tijd, bijvoorbeeld heden (tegenwoordig), verleden, toekomst, een bepaald jaar of seizoen.
  • Omstandigheden: bijvoorbeeld oorlog, zombie-uitbraak, sneeuwstorm, vakantie.

Slide 8 - Diapositive

Setting en sfeer
De plaats, tijd en omstandigheden zijn bepalend voor de sfeer. Voorbeelden van sfeer zijn: 
  • griezelig
  • dreigend
  • benauwend
  • kil
  • geheimzinnig
  • ontspannen
  • verveeld
  • romantisch
  • onbezorgd

Slide 9 - Diapositive

Bekijk de volgende video
(=de trailer van de film 'Hotel de grote L')

Let daarbij op:
 

  • plaats
  • tijd
  • omstandigheden

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Wat kun je zeggen over de plaats
van het verhaal? Gebruik steekwoorden.

Slide 12 - Carte mentale

Noteer in steekwoorden in welke tijd dit verhaal zich afspeelt. Noem voorbeelden.

Slide 13 - Question ouverte

Wat kun je zeggen over de omstandigheden
van het verhaal? Gebruik steekwoorden.

Slide 14 - Carte mentale

Aan het werk
Maken in de les
Zelfstandig

Cursus 3 Fictie, §1 Setting en sfeer.
Opdracht 1, 2 en 3 in je schrift.
op blz. 64-67.
Klaar?
Puzzelen of ga verder in je leesboek 
timer
12:00

Slide 15 - Diapositive

Open je theorieboek alvast op blz. 64-65
Je ipad blijft dicht!
Pak je leesboek erbij en zit klaar 
om te starten met lezen

§1 Setting en sfeer
Voordat we beginnen:
WELKOM H2
timer
10:00

Slide 16 - Diapositive

1. Herhalen theorie §1 setting en sfeer..
2. Even oefenen
4. Verder werken aan de opdrachten
5. Terugblikken en afronden.

Wat gaan we vandaag doen?

Slide 17 - Diapositive

Welke drie zaken bepalen de setting en sfeer in een verhaal?

Slide 18 - Question ouverte

omschrijf de setting
en sfeer van je eigen boek

Slide 19 - Carte mentale

Setting en sfeer
Verhalen spelen zich af in een bepaalde setting. De setting bestaat uit de plaats, tijd en omstandigheden die de achtergrond vormen waartegen het verhaal zich afspeelt. 

  • Plaats, bijvoorbeeld in een bepaald land, in een stad of in een dorp, in een restaurant, op school.
  • Tijd, bijvoorbeeld heden (tegenwoordig), verleden, toekomst, een bepaald jaar of seizoen.
  • Omstandigheden: bijvoorbeeld oorlog, zombie-uitbraak, sneeuwstorm, vakantie.

Slide 20 - Diapositive

Setting en sfeer
De plaats, tijd en omstandigheden zijn bepalend voor de sfeer. Voorbeelden van sfeer zijn: 
  • griezelig
  • dreigend
  • benauwend
  • kil
  • geheimzinnig
  • ontspannen
  • verveeld
  • romantisch
  • onbezorgd

Slide 21 - Diapositive

Aan het werk
Maken in de les
Zelfstandig

Cursus 3 Fictie, §1 Setting en sfeer.
Opdracht 1, 2 en 3 in je schrift.
op blz. 64-67.
Klaar?
Puzzelen of ga verder in je leesboek 

Slide 22 - Diapositive

Huiswerk morgen (10/1/25)
Maak opdracht 1 t/m 3 van cursus 3 fictie 
§1 setting en sfeer.

Slide 23 - Diapositive

Open je theorieboek alvast op blz. 64-65
Je ipad blijft dicht!
Pak je leesboek erbij en zit klaar 
om te starten met lezen

§1 Setting en sfeer
Voordat we beginnen:
WELKOM H2
timer
10:00

Slide 24 - Diapositive

1.  Afmaken opdracht 4 van §1 setting en         sfeer..
2. Nakijken opdrachten §1
4. Start theorie §2 Tijd
5. Terugblikken en afronden.

Wat gaan we vandaag doen?

Slide 25 - Diapositive