Present Continuous + mix present simple & present continuous

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Present Continuous - Duurvorm

Aan het einde van de les kan je

• De vorm van de 'Present Continuous' herkennen en   gebruiken.
• Weten wanneer je de 'Present Continuous' moet gebruiken.

Planning

Herhaling present simple

Uitleg present continuous

Verschil tussen de vormen

Aan de slag

Welke drie tegenwoordige tijd vormen van 'to be' ken je?

Present Simple

Je gebruikt de Present Simple bij:

FEITEN

GEWOONTEN

REGELMATIGHEDEN

Present simple vormen.

I	verb	Walk
you	verb	Walk
he/she/it	verb+s	Walks
we	verb	Walk
they	verb	Walk

Present Continuous

Present Continuous

Wanneer gebruik je de 

'Present Continuous'?

• Als iets aan de gang is op   het moment dat je erover   praat of schrijft.
• Iets gebeurt dus op dit moment, NU

wat schrijf je op?

am / are / is + werkwoord + ing

He is working at the moment.

The teacher is talking right now.

The students are listening now.

Hoeveel woorden vul je dus in bij de present continuous?

We ... the dishes right now

1. are doing
2. was doing
3. are do
4. was do

Look! They ... him his present

1. are give
2. were give
3. are giving
4. were giving

Voorbeeld

They are playing tennis

Voorbeeld

Sam is playing games on his playstation.

They .......................... (cook)
together

I ............................... (ride) my bike

Let op!

Als het werkwoord eindigt op een -e, dan laat je deze weg als je -ing toevoegt.

to dance - I'm dancing

Let op!

Als het werkwoord één lettergreep heeft en eindigt op een klinker + medeklinker verdubbel je de laatste medeklinker.

hit        - hitting

run       - running

Samenvatting

• Je gebruikt de Present Continuous als iets nu gebeurt.
  
  
• Dit is de vorm: am / are / is + ww + ing
  
  
• Werkwoord eindigt op -e? Weg ermee!
  
  
• Eén lettergreep, eindigt op klinker + medeklinker? = extra medeklinker!

Bezig met present simple & present continuous

Hoe weet je nou welke van de twee je moet gebruiken in de zin?

- zoek naar signaalwoorden:

1)   is het altijd, nooit, regelmatig of een feit? --> present simple (shit + (e)s)

2)   is het NU bezig, aan de gang --> present continuous

am/are/is + ww + ing

always

never

sometimes

usually

often

...

...

I ... a book for school right now

1. am read
2. am reading
3. was read
4. was reading

He ... in the Alps this weekend

1. is skied
2. was skiing
3. was skied
4. is skiing

Any questions?

YES

NO

What now?

Time to work :)

Ch.5 I in de planning

Morgen SO dus laptop, lader en oortjes mee!