WerkwoordspellingAlgSpelling320CH

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Werkwoordspelling

Werkwoordspelling

Ter voorbereiding van de taalverzorgingstoets van volgende week:

• Laatste uitleg: Engelse werkwoorden
• Herhaling van afgelopen week
• Opdrachten maken en bijwerken

Stap 1

Stap 5

Stap 2

Stap 3

Stap 4

Stap 6

Stap 7

Verleden tijd/ tegenwoordige tijd ?

uitgangspunt verleden tijd

stam+ te(n) stam+de(n)

sterk of zwak werkwoord

Meervoud  of enkelvoud?

wat is de stam?

Hele ww-en 

Tegenwoordi-ge tijd 

- Stam +t

- wij lopen

- loop jij 

ww- spelling stappenplan 

Engelse werkwoorden

1. Laat de Engelse uitgangs-e staan als je anders uitspraakproblemen krijgt. (bijv: saven: ik save – jij savet, ik savede, ik heb gesaved)
2. Engelse werkwoorden die je op zijn Nederlands uitspreekt, krijgen géén dubbele medeklinker: (bv grillen – grilde – gegrild)
3. Als werkwoorden op zijn Engels worden uitgesproken, dan houden ze de dubbele medeklinker: (Bijv. paintballen – paintballde – gepaintballd)

Nadat ik klaar was met mijn opdracht, heb ik deze ........(saven). Voordat ik mijn e-mails (checken) , realiseerde ik me dat mijn laptop...... (updaten) moest worden. Achter mij .............. (brainstormen) mijn collega over het teamuitje. Hij zegt: "vorig jaar hebben we al................. ( Paintballen)

Bedenk nog meer sporten /hobby's van engelse werwoorden en vervoeg deze in de verleden tijd in de Hij/zij/het vorm?

Deel 2 herhaling

Wanneer gebruik je een tegenwoordig deelwoord en geef een voorbeeld zin?

Tegenwoordige 

tijd 

Verledentijd 

tijd - 't x kofschip 

Verledentijd 

tijd -de (n)

Voltooid deelwoord

Tegenwoordig deelwoord

word jij,

 jij wordt,

wij worden

ik werkte, hij werkte, wij werkten

wij hebben gefietst

Rennend ging hij over de finish

hij luisterde goed!

Hoe vind je de Persoonsvorm in een samengestelde zin?

1. De zin vragend maken
2. De zin in een andere tijd zetten
3. Het onderwerp meervoud/ enkelvoud maken

Als je/jij achter de PV staat schrijf je altijd de ik-vorm?

1. juist
2. onjuist

Geef drie voorbeelden van sterke werkwoorden?

Een voltooid deelwoord kan als enige werkwoordsvorm in een zin staan

1. juist
2. onjuist

Als er een tegenwoordig deelwoord in de zin staat, is er ook nog altijd een PV (persoonsvorm)

1. Bijna altijd wel, ja
2. zelden tot nooit