3.2 Zien deel 2

1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

timer
1:30
Lens
Pupil
Iris
Hoornvlies

Harde oogvlies
Vaatvlies
Netvlies
Glasachtig lichaam
Oogzenuw
Oogspier

Slide 3 - Question de remorquage

timer
1:30
Zintuigen zetten prikkels om in impuls
Zenuwencellen sturen impuls naar hersenen
Bewust van de prikkel, hersenen nemen beslissing
Hersenen sturen impuls naar zenuwen
Lichaam reageert op prikkel

Slide 4 - Question de remorquage

De gele vlek is de plaats waar...
timer
1:00
A
De verhouding kegeltjes en staafjes gelijk zijn zodat je een helder beeld hebt
B
de meeste staafjes zitten en waar je dus het best contouren kan zien
C
de meeste kegeltjes zitten en waar je dus het best kleur kan zien
D
de plaats waar geen kegeltjes en geen staafjes zijn, je ziet dan vooral geel

Slide 5 - Quiz

Alle impulsen gaan vanuit de zintuigen naar de hersenen
timer
0:30
A
Goed
B
Fout

Slide 6 - Quiz

Met welke zintuigcel zie je kleuren?
En waar liggen deze zintuigcellen?
timer
1:00
A
Kegeltjes - In het hoornvlies
B
Kegeltjes - In het netvlies
C
Staafjes - In het hoornvlies
D
Staafjes - In het netvlies

Slide 7 - Quiz

Dit vangen de zintuigcellen in je zintuigen op
timer
1:00
A
Impulsen
B
Zenuwen
C
Prikkels
D
Licht

Slide 8 - Quiz

Straallichaam: een kringspier om de ooglens, die de lens boller en platter kan maken

Slide 9 - Diapositive

De wijdte van de pupil wordt geregeld via de pupilreflex. Waardoor wordt de pupil verwijd?
A
door het samentrekken van de kringspier in de iris
B
door het samentrekken van de kringspier in het straalvormig lichaam
C
door het samentrekken van de straalsgewijs verlopende spier in de iris

Slide 10 - Quiz

Van dichtbij scherp zien =
lens A of lens B?

Want de lens is ........
en de lensbandjes zijn .....

A
Lens B lens is plat lensbandjes zijn strak
B
Lens A lens is plat lensbandjes zijn slap
C
Lens A lens is bol lensbandjes zijn slap
D
Lens B lens is bol lensbandjes zijn strak

Slide 11 - Quiz

Kunnen we op de gele vlek het scherpst of het minst scherp zien?
A
het scherpst
B
het minst scherp

Slide 12 - Quiz

Is dit een bijziend of een verziend oog?
timer
0:30
A
Bijziend
B
Verziend

Slide 13 - Quiz

Is deze persoon bijziend of verziend?
timer
0:30
A
Bijziend
B
Verziend

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Diapositive