Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Leerling Centraal
Faalangst
Slide 1 - Diapositive
Wat weet je over Faalangst?
Slide 2 - Carte mentale
Faalangst
= het geheel van fysieke, cognitieve en gedragsmatige reacties op een situaties waarbinnen me naar eigen aanvoelen een prestatie moet leveren die om een of andere reden belangrijk wordt geacht en waarbij men de kans op mislukking reëel inschat.
Slide 3 - Diapositive
Cognitieve reactie
Fysieke reactie
Gedagsmatige reactie
Buikpijn
Hoofdpijn
Zweten
Bibberen
Doemdenken
Black-out
Vergelijken met anderen
Thuisblijven
Detaillistisch studeren
Clown uithangen
Dromen
Slide 4 - Question de remorquage
3 soorten faalangst
Cognitieve faalangst
Sociale faalangst
Motorische faalangst
Slide 5 - Diapositive
Welke soort faalangst herken je? Lisa vermijdt elke week de gymles door zich ziek te melden, omdat ze bang is dat ze niet goed genoeg is in sporten en haar klasgenoten haar zullen uitlachen. Wanneer ze toch moet meedoen, verstijft ze vaak en maakt hierdoor meer fouten. Na afloop voelt ze zich nog slechter over zichzelf en trekt zich terug van groepsactiviteiten.
A
Cognitieve faalangst
B
Motorische faalangst
C
Sociale faalangst
Slide 6 - Quiz
Welke soort faalangst herken je? Sophie leert wekenlang voor haar wiskundetoets, maar zodra ze de toets voor zich heeft, raakt ze in paniek en vergeet ze alles wat ze heeft gestudeerd. Ze denkt dat ze de stof niet goed genoeg kent, zelfs al wist ze de antwoorden thuis nog. Haar paniek zorgt ervoor dat ze veel vragen fout beantwoordt.
A
Cognitieve faalangst
B
Motorische faalangst
C
Sociale faalangst
Slide 7 - Quiz
Welke soort faalangst herken je? Kevin durft niet te spreken tijdens groepsdiscussies op school, omdat hij bang is dat anderen hem zullen uitlachen of zijn ideeën dom zullen vinden. Hij zegt liever niets en knikt instemmend mee, ook al heeft hij zelf goede ideeën. Na afloop voelt hij zich gefrustreerd dat hij niet durfde te praten.
A
Cognitieve faalangst
B
Motorische faalangst
C
Sociale faalangst
Slide 8 - Quiz
Welke soort faalangst herken je? Mila heeft een spreekbeurt op school waarbij ze niet alleen bang is om voor de klas te staan, maar ook om haar tekst te vergeten en onhandig te bewegen of iets te laten vallen tijdens de presentatie. Ze maakt zich ook zorgen over wat haar klasgenoten van haar zullen denken en vreest dat ze haar zullen uitlachen . Hierdoor stelt ze haar presentatie steeds uit. Op de dag van de spreekbeurt blijft ze thuis.
A
Cognitieve faalangst
B
Motorische faalangst
C
Sociale faalangst
Slide 9 - Quiz
Twee types van faalangst
Actieve faalangst
Passieve faalangst
Slide 10 - Diapositive
Gaat het hier over actieve of passieve faalangst? Tim wil koste wat het kost goed presteren op zijn werk en blijft tot laat doorwerken om elk detail perfect te krijgen. Hij controleert zijn werk herhaaldelijk en vermijdt risico’s, waardoor hij overwerkt raakt en minder effectief wordt. Ondanks zijn harde inzet, ervaart hij continu spanning en angst voor fouten.
A
Actieve faalangst
B
Passieve faalangst
Slide 11 - Quiz
Gaat het hier over actieve of passieve faalangst? Max vermijdt deelname aan sportwedstrijden, omdat hij bang is dat hij niet goed genoeg zal presteren en anderen hem zullen beoordelen. In plaats van te oefenen of mee te doen, trekt hij zich terug en zegt dat hij liever niet meedoet. Hij komt hierdoor nooit in de positie om zijn vaardigheden te testen of te verbeteren.
A
Actieve faalangst
B
Passieve faalangst
Slide 12 - Quiz
Gaat het hier over actieve of passieve faalangst? Tom ziet op tegen zijn wiskundetoets en begint er daarom niet aan te leren, bang dat hij het toch niet zal begrijpen. Hij vermijdt het onderwerp en focust zich op andere dingen, waardoor hij op de toetsdag niet voorbereid is. Uiteindelijk haalt hij een slecht cijfer, wat zijn angst verder vergroot.
A
Actieve faalangst
B
Passieve faalangst
Slide 13 - Quiz
Gaat het hier over actieve of passieve faalangst? Emma besteedt buitensporig veel tijd aan haar schoolproject, omdat ze bang is dat het niet perfect zal zijn. Ze vraagt constant om feedback van leraren en herschrijft stukken, zelfs als ze al goedgekeurd zijn. Dit perfectionistische gedrag kost haar zoveel tijd dat ze haar andere schooltaken verwaarloost.
A
Actieve faalangst
B
Passieve faalangst
Slide 14 - Quiz
Waar komt faalangst vandaan?
Erfelijke factoren
Opvoedingsfactoren
Schoolse factoren
Maatschappelijke factoren
Slide 15 - Diapositive
Bespreek volgende casus op basis van het geleerde: Leonie heeft moeite met begrijpend lezen en merkt dat ze de teksten vaak niet goed kan volgen, wat haar het gevoel geeft dat ze minder slim is dan haar klasgenoten. Omdat ze bang is om dom over te komen, reageert ze brutaal en ongeïnteresseerd als de leraar haar vragen stelt, bijvoorbeeld door te zeggen dat het huiswerk toch "saai en nutteloos" is. Ze gebruikt haar brutale gedrag om haar onzekerheid over haar eigen capaciteiten te verbergen, zodat niemand merkt dat ze de stof eigenlijk niet begrijpt.
Slide 16 - Question ouverte
Geef 3 tips hoe je als leerkracht met faalangst in de klas kan omgaan.