Loukianos tekst b1 vanaf regel 7

Loukianos tekst b1 vanaf regel 7
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4,5

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Loukianos tekst b1 vanaf regel 7

Slide 1 - Diapositive

De zin die begint in regel 7 en eindigt in regel 9 heeft 3 pv's. Welke 3? (Vertaal gelijk in de goede vorm)

Slide 2 - Question ouverte

Vertaal het gedeelte: ἐκ πολλοῦ, οἶμαι,

Slide 3 - Question ouverte

εἰδὼς is een participium perfectum actief (mnl.nom.) van οἶδα (pf).
Waarmee congrueert het?

Slide 4 - Question ouverte

ταῦτα is hier zelfstandig gebruikt. Hoe kun je dat in het NL het beste vertalen?

Slide 5 - Question ouverte

Vertaal: ἐκ πολλοῦ, οἶμαι, ταῦτα εἰδὼς ἐθήρευεν αὐτούς,

Slide 6 - Question ouverte

Er staan twee participia in de rest van de zin.
1 Welke zijn dat?
2 In welke tijd staan ze?
3 Waarmee congrueren ze?

Slide 7 - Question ouverte

Vertaal: καὶ περὶ τὴν εὐνὴν ἀφανῆ δεσμὰ περιθεὶς εἰργάζετο

Slide 8 - Question ouverte

Vertaal: ἀπελθὼν ἐπὶ τὴν κάμινον·

Slide 9 - Question ouverte

Wat zijn de 4 pv's uit r. 10 t/m 12? Vertaal ze gelijk in de goede tijd/persoon

Slide 10 - Question ouverte

Wat voor ptc is λαθών?

Slide 11 - Question ouverte

Vertaal: Ἄρης ἐσέρχεται λαθών, ὡς ᾤετο,

Slide 12 - Question ouverte

Vertaal: καθορᾷ δὲ αὐτὸν ὁ Ἥλιος καὶ λέγει πρὸς τὸν Ἥφαιστον.

Slide 13 - Question ouverte

Wat zijn de 5 pv's uit r. 12 t/m 15? Vertaal ze gelijk in de goede tijd/persoon.

Slide 14 - Question ouverte

Wie is/zijn het onderwerp bij ἐπέβησαν?

Slide 15 - Question ouverte

Vertaal: ἐπεὶ δὲ ἐπέβησαν τοῦ λέχους

Slide 16 - Question ouverte

Vertaal: καὶ ἐν ἔργῳ ἦσαν

Slide 17 - Question ouverte

ἐγεγένηντο is een pqpf medium. Wat moet je hier doen met het medium?

Slide 18 - Question ouverte

Vertaal: καὶ ἐντὸς ἐγεγένηντο τῶν ἀρκύων,

Slide 19 - Question ouverte

τὰ δεσμά is het onderwerp bij περιπλέκεται. Leg uit hoe dit kan.

Slide 20 - Question ouverte

In welke tijd staan περιπλέκεται en ἐφίσταται?
Waarom is deze tijd hier gebruikt?

Slide 21 - Question ouverte

Vertaal: περιπλέκεται μὲν αὐτοῖς τὰ δεσμά,

Slide 22 - Question ouverte

Vertaal: ἐφίσταται δὲ ὁ Ἥφαιστος.

Slide 23 - Question ouverte