MGK 2 Ziek! 3zw4k

1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
Aan het einde van de les...

  • Weten jullie waarom (hand)hygiëne belangrijk is.
  • weten jullie het verschil tussen virussen en bacteriën
  • weet je hoe een ziekte kan ontstaan (virus, bacterie, besmetting)

Slide 2 - Diapositive

Waar denk je allemaal aan
bij hygiëne?

Slide 3 - Carte mentale

Waarom is hygiëne belangrijk?

Slide 4 - Question ouverte

Hygiëne volgens het RIVM
Door het uitvoeren van hygiëne wordt voorkomen dat ziekteverwekkers worden verspreid.

Voorbeelden van hygiëne zijn:

- Handen wassen 
- Schoonmaken van plekken die je vaak met je handen aanraakt zoals lichtknopjes en deurklinken
- Schoonmaakdoekjes na gebruik uitspoelen en wassen op 60 graden Celsius;
- Bederfelijk eten bewaren in de koelkast op 4 graden Celsius.


Slide 5 - Diapositive

Wat zijn micro-organismen?

Slide 6 - Question ouverte

Micro-organismen
  • Virussen (bijvoorbeeld griep veroorzakend, covid)
  • Bacteriën (bijvoorbeeld voedselvergiftiging veroorzakend)
  • Schimmels (bijvoorbeeld voetschimmel veroorzakend)
  • Parasieten (bijvoorbeeld malaria veroorzakend)

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Virussen en bacteriën kunnen zijn beiden alleen in levende cellen vermenigvuldigen
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Onzichtbaar vuil kan verwijderd worden met chloor en alcohol. Wat bedoelen we met onzichtbaar vuil?
A
Bacteriën, schimmels en virussen
B
Bacteriën en sporen
C
Bacteriën en zeer kleine kruimeltjes
D
Schimmels en zeer kleine stofdeeltjes

Slide 11 - Quiz

Stelling: als ik mijn handen goed was met warm water en zeep, hebben virussen en bacteriën minder kans om zich te verspreiden.
A
Eens
B
Oneens

Slide 12 - Quiz

Een antibiotica helpt wel/ niet bij griep
A
WEL, antibiotica dood virussen zoals de griep
B
WEL, want het onderdrukt de koorts
C
NIET, antibiotica dood alleen bacteriën en geen virussen
D
NIET, het helpt alleen tegen de hoofdpijn en spierpijn

Slide 13 - Quiz

Wat is een belangrijk verschil tussen een bacterie en een virus?
A
Bacteriën zijn groter dan virussen.
B
Bacteriën zijn altijd schadelijk, virussen zijn dat niet.
C
Bacteriën zijn levende organismen, virussen zijn dat niet.
D
Virussen hebben een celwand, bacteriën niet.

Slide 14 - Quiz

Wat is de behandeling tegen bacteriële en virale infecties?
A
Bacteriële infecties moeten behandeld worden met antivirale middelen, virale infecties met antibiotica.
B
Bacteriële infecties kunnen behandeld worden met antibiotica, virale infecties niet.
C
Beide kunnen behandeld worden met antibiotica.
D
Virale infecties kunnen behandeld worden met antibiotica, bacteriële infecties niet.

Slide 15 - Quiz

Hoe verspreidt de ziekte van Pfeiffer zich vooral?
A
Via aanraking
B
Via bloed
C
Via speeksel
D
Via urine

Slide 16 - Quiz

Virussen
  • Kleiner dan bacteriën​
  • Zichtbaar met microscoop​
  • Virussen groeien alleen in de cel en maken deze van binnenuit kapot.
  • In tegenstelling tot een bacteriële infectie ontstaat bij een virusinfectie geen pus.



Slide 17 - Diapositive

Kinderziekten







             virus                                virus                           bacterie             (meestal) bacterie

waterpokken

De Bof
kinkhoest
oorontsteking

Slide 18 - Diapositive

Als micro-organismen schade aanrichten en het lichaam daarop reageert heet dat een...

Infectie

Slide 19 - Diapositive

Zijn micro-organisme slecht voor je?
A
Ja
B
Nee
C
Sommige

Slide 20 - Quiz

Hoe kunnen micro-organismen het lichaam binnendringen?
A
luchtwegen
B
huid en slijmvliezen
C
maag-darmkanaal
D
bloed

Slide 21 - Quiz

Wat is het gevaar van een infectie?

Slide 22 - Question ouverte

Wat is een infectie?
- Bij een infectie zijn ziekteverwekkende micro-organismen je lichaam binnengedrongen die zich kunnen vermenigvuldigen en mogelijk een ontsteking veroorzaken.
- Een ontsteking is de reactie van je lichaam op een infectie.
- Uiting: Koorts, pijn, zwelling, rode kleur, etc
- Bekende infecties zijn; urineweginfectie, griep, longontsteking, buikgriep en SOA’s
- Infecties kunnen in principe overal in je lichaam ontstaan.

Slide 23 - Diapositive

Koorts
Koorts is een reactie van je lichaam op een infectie met virussen of bacteriën. Bij een hogere temperatuur groeien virussen en bacteriën minder goed. Het is dus een natuurlijk afweerreactie.

Slide 24 - Diapositive

Wat is kruisbesmetting?

Slide 25 - Question ouverte

Even een filmpje!

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Vidéo

Wat zagen jullie gebeuren in het filmpje?

Slide 28 - Diapositive

In de zorg is het dus heel belangrijk om op de hygiëne te letten van je werkplek, je zorgvragers en vooral ook van jezelf! 

Slide 29 - Diapositive

Dus wat is nou hygiëne?
Geheel aan maatregelen en handelingen die bijdragen aan een goede gezondheid met name gericht op het bestrijden van ziekteverwekkers om infecties te voorkomen. 

Slide 30 - Diapositive

Tijd om handen te wassen!

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Vidéo

Nog een paar leuke feitjes:
Onverwacht smerige dingen...
  • Toetsenborden - 400 keer meer bacteriën dan op een toiletbril!
  • Winkelwagens - 3000 keer meer bacteriën dan op een toetsenbord!
  • Snijplanken - Vuiler dan een wc-bril.
  • Pinda's op de bar - Drie van de vijf bakjes ‘barnootjes’ bevatten sporen van urine...
  • Handtassen - Bevatten regelmatig e.coli bacterieën en de staphylococcus aureus. 

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive

Aan de slag
-Bacteriën en virussen  --> Opdracht 10-15  
-Handen wassen  --> Opdracht 16-20 

Slide 35 - Diapositive