kgt 1 - PTO bespreken, chapitre 3 - introduction

PROGRAMME
  • Absentie

  • PTO bespreken

  • Chapitre 3 - introduction
  • Regarder: le film du chapitre 3
  • Phrases-clés
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

PROGRAMME
  • Absentie

  • PTO bespreken

  • Chapitre 3 - introduction
  • Regarder: le film du chapitre 3
  • Phrases-clés

Slide 1 - Diapositive

Hoe is de toets naar jouw gevoel gegaan?
A
goed
B
slecht
C
gemiddeld

Slide 2 - Quiz

Bonjour!
Chapitre 3 - le collège bouge!

Slide 3 - Diapositive

Bonjour, comment ça va?

Slide 4 - Question ouverte

Tu as quel âge?

Slide 5 - Question ouverte

Tu parles français?

Slide 6 - Question ouverte

Tu es en quelle classe?
A
Je suis en cinquieme.
B
C'est madame de Jong.
C
J'ai douze ans.
D
Il donne beaucoup de devoirs.

Slide 7 - Quiz

In Frankrijk is de brugklas: ''la cinquième''
De tweede klas is: ''la quatrième''
Als je wilt zeggen dat je in de eerste zit, dan zeg je:

Je suis en cinquième.

Ze tellen dus eigenlijk terug!

Slide 8 - Diapositive

We gaan kijken naar een filmpje over scholen in Frankrijk.

Regardez bien!

  • Let op de verschillen tussen scholen in Nederland en in Frankrijk.
  • Let ook op de nieuwe vocabulaire die je voorbij ziet komen.

Slide 9 - Diapositive

Wat viel je op aan de scholen in Frankrijk? Welke verschillen heb je gezien?

Slide 10 - Question ouverte

Sleep de woordjes in de blauwe vakjes naar de juiste vertaling.

De woordjes hebben allemaal te maken met het thema 'school'.
le cours
la classe
le prof
l'école
les élèves
sévère
streng
de leerlingen
de klas
de les
de school
de leraar

Slide 11 - Question de remorquage

Qui est ton prof de maths?
A
Je suis en cinquième.
B
Je m'appelle (nom)
C
Ça va bien.
D
C'est madame Ben Allal.

Slide 12 - Quiz

Wat betekent:
Elle est sévère?
A
Is hij aanwezig?
B
Is zij streng?
C
Geeft hij veel huiswerk?
D
Is zij aardig?

Slide 13 - Quiz

Wat betekent:
Quelle est ta matière préférée?
A
In welke klas zit jij?
B
Wie is jouw leraar wiskunde?
C
Wat is jouw lievelingsvak?
D
Heb jij huiswerk?

Slide 14 - Quiz

Sleep de woordjes in de blauwe vakjes naar de juiste vertaling.

De woordjes hebben allemaal te maken met het thema 'school'.
élève
cours
prof
collège
cantine
Na de basisschool ga je naar de ...
Hier eet je tijdens de pauze.
Je volgt er verschillende op een dag
Deze persoon staat voor de klas.
Dit ben je zelf op school.

Slide 15 - Question de remorquage

Je leert in dit hoofdstuk ook de schoolvakken te benoemen in het Frans. 

Sleep de juiste woordjes in het blauw naar de vertaling.
les maths
l'anglais
l'histoire
la géographie
le néerlandais
le dessin
tekenen
Nederlands
Engels
Wiskunde
aardrijkskunde
geschiedenis

Slide 16 - Question de remorquage

Wat betekent: "la cinquième"?
A
de eerste klas
B
de derde klas
C
de tweede klas
D
de vierde klas

Slide 17 - Quiz

HUISWERK
Maken: opdracht 1a, 1b, 2b, 3 op bladzijde 98-99

Slide 18 - Diapositive