Week 14 Unit 5 Lesson 2 Class 4

Unit 5 
Leerwerkboek B
Humour
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Unit 5 
Leerwerkboek B
Humour

Slide 1 - Diapositive

What to do today?
Check Homework:  Exc. 20+21+22
Do: OefenSO Lesson 2
Study: Grammar Present Perfect (LWB24) + Phrases (LWB24)

Slide 2 - Diapositive

Check Homework

Slide 3 - Diapositive

Check Homework

Slide 4 - Diapositive

OefenSO Lesson 2
Maak alle vragen! 
Lees alle vragen goed!
Het SO bestaat uit 3 onderdelen:
1. Words
2. Phrases 
3. Grammar

Slide 5 - Diapositive

Wat is de vertaling van:
thema

Slide 6 - Question ouverte

Wat is de vertaling van:
humeurig

Slide 7 - Question ouverte

Wat is de vertaling van:
baard

Slide 8 - Question ouverte

Wat is de vertaling van:
weg

Slide 9 - Question ouverte

Wat is de vertaling van:
event
A
park
B
evenement
C
ongelukkig
D
verbaasd

Slide 10 - Quiz

Wat is de vertaling van:
surprised
A
park
B
evenement
C
ongelukkig
D
verbaasd

Slide 11 - Quiz

Wat is de vertaling van:
laugh
A
papegaai
B
krullend
C
lachen
D
verbaasd

Slide 12 - Quiz

Wat is de vertaling van:
parrot
A
papegaai
B
krullend
C
karakter
D
verbaasd

Slide 13 - Quiz

Vertaal naar het Engels:
We hebben heel veel plezier gehad.

Slide 14 - Question ouverte

Vertaal naar het Engels:
We hebben dezelfde ogen.

Slide 15 - Question ouverte

Vertaal naar het Engels:
Ze zijn allebei erg klein.

Slide 16 - Question ouverte

Wat moet er op de puntjes?
He ..... ........... (borrow) hundreds of books

Slide 17 - Question ouverte

Wat moet er op de puntjes?
We ..... .......... (laugh) at his silly jokes.

Slide 18 - Question ouverte

Wat moet er op de puntjes?
They ..... ....... (invite) me to their party.

Slide 19 - Question ouverte

Wat moet er op de puntjes?
You .... ....... (have) too many sweets!

Slide 20 - Question ouverte

Wat moet er op de puntjes?
She ..... ........ (choose) a poodle.

Slide 21 - Question ouverte

Homework

Study:  Grammar 5.2 Present Perfect (LWB24) + Onregelmatige werkwoorden (LWB162) +Phrases (LWB24)


Slide 22 - Diapositive